Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika aangaande wederzijdse rechtshulp in strafzaken
Artikel 13 Inhoud van de verzoeken
Geldend
Geldend vanaf 15-09-1983
- Bronpublicatie:
12-06-1981, Trb. 1981, 188 (uitgifte: 28-08-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
15-09-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-08-1983, Trb. 1983, 134 (uitgifte: 01-01-1983, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Strafprocesrecht / Algemeen
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Een verzoek om rechtshulp houdt in:
- a.
de naam van de autoriteit die het onderzoek of de procedure, waarop het verzoek betrekking heeft, leidt;
- b.
het onderwerp en de aard van het onderzoek of de procedure;
- c.
een beschrijving van het verlangde bewijsmateriaal, de verlangde gegevens of de te verrichten handelingen; en
- d.
het doel waartoe het bewijsmateriaal, de gegevens of de handeling worden verlangd.
2.
Voor zover noodzakelijk en mogelijk houdt een verzoek tevens in:
- a.
de beschikbare gegevens betreffende de identiteit en verblijfplaats van een op te sporen persoon;
- b.
de identiteit en verblijfplaats van een persoon aan wie een stuk moet worden betekend, de relatie van die persoon tot de procedure en de wijze waarop de betekening moet worden verricht;
- c.
de identiteit en verblijfplaats van personen van wie bewijsmateriaal wordt verlangd;
- d.
een beschrijving van de wijze waarop een getuigenverklaring dient te worden afgenomen en op schrift gesteld;
- e.
een lijst van de te beantwoorden vragen;
- f.
een nauwkeurige opgave van de plaats waar huiszoeking moet worden verricht en van de voorwerpen die in beslag moeten worden genomen;
- g.
een beschrijving van een eventuele bijzondere procedure die moet worden gevolgd bij de uitvoering van het verzoek; en
- h.
gegevens betreffende de toelagen en onkostenvergoedingen waarop iemand die in de verzoekende Staat verschijnt aanspraak kan maken.