Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika aangaande wederzijdse rechtshulp in strafzaken
Artikel 18 Andere verdragen en interne wetten
Geldend
Geldend vanaf 15-09-1983
- Bronpublicatie:
12-06-1981, Trb. 1981, 188 (uitgifte: 28-08-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
15-09-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-08-1983, Trb. 1983, 134 (uitgifte: 01-01-1983, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Strafprocesrecht / Algemeen
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
De rechtshulp en procedures, voorzien in dit Verdrag, doen niet af aan enigerlei rechtshulp of procedure, die kan worden verleend of kan worden gevolgd krachtens andere internationale overeenkomsten of regelingen of krachtens de interne wetten van de Verdragsluitende Partijen, noch verhinderen of beperken zij deze.
2.
Behalve ingeval dit Verdrag uitdrukkelijk regels geeft voor de erkenbaarheid van bewijs, is aan de bepalingen van dit Verdrag voor niemand het recht te ontlenen in een strafrechtelijke procedure te vorderen dat enig bewijsmateriaal wordt achter gehouden of van de procedure wordt uitgesloten. Door dit Verdrag worden krachtens het interne recht bestaande rechten op een nieuwe gerechtelijke beoordeling niet uitgebreid of beperkt.
3.
Bepalingen inzake uitlevering van personen, hetzij van intern recht hetzij verdragsbepalingen, zijn niet van toepassing op de overdracht van personen krachtens de artikelen 7 en 8, of op de verschijning krachtens het tweede lid van artikel 9.