Einde inhoudsopgave
Verdrag tot bescherming van personen met betrekking tot de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens
Artikel 16 Afwijzing van verzoeken om hulp
Geldend
Geldend vanaf 01-10-1985
- Bronpublicatie:
28-01-1981, Trb. 1988, 7 (uitgifte: 26-01-1988, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-10-1985
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-01-1981, Trb. 1988, 7 (uitgifte: 26-01-1988, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Privacy / Handhaving persoonsbescherming
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Informatierecht / ICT
Een aangewezen instantie tot wie een verzoek om hulp als bedoeld in de artikelen 13 of 14 van dit Verdrag wordt gericht, mag slechts weigeren hieraan gevolg te geven wanneer:
- a.
het verzoek onverenigbaar is met de bevoegdheden op het gebied van gegevensbescherming van de tot antwoorden gerechtigde instanties;
- b.
het verzoek niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit Verdrag;
- c.
uitvoering van het verzoek onverenigbaar zou zijn met de soevereiniteit, veiligheid of openbare orde van de Partij die haar heeft aangewezen of met de rechten en fundamentele vrijheden van personen ressorterend onder de rechtsmacht van die Partij.