Einde inhoudsopgave
Informatiecode elektriciteit en gas
Bijlage 1 Profielen elektriciteit
Geldend
Geldend vanaf 28-06-2023
- Bronpublicatie:
15-06-2023, Stcrt. 2023, 17686 (uitgifte: 27-06-2023, regelingnummer: ACM/UIT/598172)
- Inwerkingtreding
28-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-06-2023, Stcrt. 2023, 17686 (uitgifte: 27-06-2023, regelingnummer: ACM/UIT/598172)
- Vakgebied(en)
Energierecht / Distributie
B1.0. Overlegplatform Profielen
B1.0.1
Een representatief deel van de ondernemingen die zich bezighouden met het transporteren, leveren of meten van elektriciteit organiseert een overlegplatform, waarin naast een delegatie uit hun midden, tevens zitting hebben programmaverantwoordelijken die balanceringsverantwoordelijkheid dragen voor aansluitingen met een gecontracteerd transportvermogen kleiner dan 100 kW.
B1.0.2
Het overlegplatform stelt vast en beheert:
- –
standaardprofielen en
- –
werkwijze en rekenregels voor bepaling van dynamische profielfracties als bedoeld in bijlage 16 van de Netcode elektriciteit.
B1.03
Vervallen.
B1.1. Vaststelling en beheer standaardprofielen elektriciteit
B1.1.1
Een standaardprofiel voor afname respectievelijk standaardprofiel voor invoeding is opgebouwd uit profielfracties van de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding voor ieder klokkwartier van het jaar. De profielfracties worden afgerond op 8 cijfers achter de komma.
B1.1.2
Uiterlijk op 1 augustus van elk jaar stelt het overlegplatform bedoeld in B1.0.1 de standaardprofielen voor het volgende kalenderjaar vast en stelt deze ter beschikking aan de netbeheerders, leveranciers en de programmaverantwoordelijken die balansverantwoordelijkheid dragen voor profielafnemers.
B1.1.3
Een, door een representatief deel van de ondernemingen die zich bezighouden met het transporteren, leveren of meten van elektriciteit, aangewezen uitvoeringsorganisatie maakt de op grond van B1.1.1 vastgestelde standaardprofielen openbaar.
B1.1.4
De netbeheerder gebruikt de aldus vastgestelde standaardprofielen vanaf de eerste kalenderdag van het volgende kalenderjaar.
B1.2. Vaststelling en beheer werkwijze en rekenregels dynamische profielfracties
B1.2.1
Het overlegplatform bedoeld in B1.0.1 evalueert minimaal jaarlijks de werkwijze en rekenregels voor het bepalen van dynamische profielfracties.
B1.2.2
Indien noodzakelijk stelt het overlegplatform een aangepaste werkwijze of rekenregels voor het bepalen van dynamische profielfracties en bijbehorende invoeringsdatum vast.
B1.2.3
Aansluitingen met een doorlaatwaarde kleiner dan of gelijk aan 3×25A op laagspanning die beschikken over een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting waarbij het schakelmoment van normaaluren naar laaguren omstreeks 21:00 uur valt, worden ingedeeld in profielcategorie E1C van de overeenkomstig B1.1.3 vastgestelde set standaardprofielen.
B1.2.4
Vervallen.
B1.2.5
Vervallen.
B1.2.6
Vervallen.
B1.2.7
Vervallen.
B1.2.8
Vervallen.
B1.2.9
Vervallen.
B1.2.10
Vervallen.
B1.2.11
Vervallen.
B1.3. De standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding elektriciteit
B1.3.1
De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding van een aansluiting die op grond van Bijlage 15 van de Netcode elektriciteit is ingedeeld in de profielcategorieën E1A, E1B, E1C, E2A, E2B of E4A, door toepassing van de volgende formule:
Waarbij:
- –
Einddatum de kalenderdag betreft voorafgaand aan de kalenderdag waar de laatste afgelezen of uitgelezen stand betrekking op heeft.
- –
Begindatum een kalenderdag betreft waar er sprake is van een afgelezen of uitgelezen stand die, minimaal 345 dagen voor de einddatum ligt.
- –
Volume het gemeten volume betreft in de periode van de begindatum tot en met de einddatum
- –
ER = Energierichting, zijnde afname of invoeding
- –
TP = Tariefperiode, zijnde normaal- of laaguren.
- –
Profielfracties: De op de aansluiting van toepassing zijnde profielen. In geval van ontbreken van dynamische profielen worden de vooraf vastgestelde standaardprofielen gebruikt.
- –
In het geval van profielcategorieën E1A of E2A, er voor de profielfracties geen onderscheid wordt gemaakt naar tariefperiode.
B1.3.1a
Indien er, op grond van bijlage 15 van de Netcode elektriciteit sprake is van een wijziging van profielcategorie E1A of E2A naar één van de andere profielcategorieën, als vermeld in B1.3.1, dan worden de gesommeerde standaardjaarinvoeding respectievelijk standaardjaarafname opnieuw verdeeld over normaaluren standaardjaarinvoeding en laaguren standaardjaarinvoeding respectievelijk normaaluren standaardjaarafname en laaguren standaardjaarafname op basis van een jaarlijks te bepalen verhouding per profielcategorie, voor de nieuwe profielcategorie.
B1.3.1b
De in B1.3.1a genoemde verhouding wordt bepaald per profielcategorie, zonder onderscheid naar afnametype, op basis van de gemiddelde verhouding tussen de standaardjaarinvoeding respectievelijk standaardjaarafname per tariefperiode en de som van de standaardjaarinvoeding respectievelijk standaardjaarafname voor beide tariefperiodes van alle actieve aansluitingen in het aansluitingenregister.
B1.3.1.c
Indien er sprake is van een wijziging van profielcategorie als bedoeld in B1.3.1a, wordt pas weer een berekening van het standaardjaarinvoeding of standaardjaarafname op basis van gemeten volume uitgevoerd zodra er sprake is van minimaal twee afgelezen of uitgelezen standen op of na de datum van deze wijziging van profielcategorie. Hierbij moet de begindatum in de berekening zoals beschreven in B1.3.1 op of na de datum van de wijziging van de profielcategorie liggen.
B1.3.2
De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname van een aansluiting die op grond van Bijlage 15 van de Netcode elektriciteit is ingedeeld in de profielcategorie E3 alsmede de standaardjaarinvoeding of standaardjaarafname van aansluitingen die onder artikel 1, tweede of derde lid van de Elektriciteitswet 1998 vallen, conform de formule in B1.3.1, gebruik makend van de door de meetverantwoordelijke aangeleverde volumes op die aansluiting over de kleinst mogelijke periode van minimaal 345 dagen.
B1.3.2a
De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding van een telemetriegrootverbruikaansluiting elektriciteit, alsmede de standaardjaarinvoeding van een aansluiting als bedoeld in Bijlage 15, artikel 8 van de Netcode elektriciteit, door de gemeten afname respectievelijk invoeding op die aansluiting over de kleinst mogelijke afname- respectievelijk invoedingsperiode van minimaal 345 dagen te delen door het aantal dagen van de desbetreffende afname- respectievelijk invoedingsperiode maal 365. De standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding is groter of gelijk aan nul.
B1.3.3
De netbeheerder actualiseert de standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding van een aansluiting als er een nieuwe vastgestelde meterstand op grond van hoofdstuk 5, of een nieuw vastgesteld maandvolume op grond van hoofdstuk 6, bij de netbeheerder bekend is.
B1.3.4
Voor een kleinverbruikaansluiting waarvan het kenmerk, als bedoeld in 2.1.3 onderdeel j, wordt gewijzigd in de waarde die aangeeft dat invoeding mogelijk is, stelt de netbeheerder de standaardjaarinvoeding op 1008 kWh (dit is bepaald door de capaciteit zoals bedoeld in artikel 3.4 van de Netcode elektriciteit te vermenigvuldigen met 1800 bedrijfsuren en daarvan 70% te nemen), wanneer de aansluiting is voorzien van een meetinrichting die afname en invoeding separaat meet, en de standaardjaarinvoeding voor beide tariefperioden nul is.
B1.3.4a
Voor een kleinverbruikaansluiting waarvan het kenmerk, als bedoeld in 2.1.3 onderdeel j, wordt gewijzigd in de waarde die aangeeft dat invoeding mogelijk is, stelt de netbeheerder de standaardjaarinvoeding op 1008 kWh (dit is bepaald door de capaciteit zoals bedoeld in artikel 3.4 van de Netcode elektriciteit te vermenigvuldigen met 1800 bedrijfsuren en daarvan 70% te nemen), wanneer:
- –
de aansluiting is voorzien van een op afstand uitleesbare meetrichting, en;
- –
geen gemeten volume-invoeding bekend is dan wel een gemeten volume-invoeding bekend is over een periode korter dan 300 dagen.
B1.3.5
Voor aansluitingen waarvan alleen een gemeten volume bekend is over een kortere periode dan 345 dagen, gebruikt de netbeheerder het volume over deze kortere periode voor de berekening van de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding.
B1.3.6
Voor grootverbruikaansluitingen met een doorlaatwaarde groter dan 3x80A waarvan geen gemeten volume bekend is, bepaalt de netbeheerder de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding, eventueel in overleg met de aangeslotene.
B1.3.7
Voor een aansluiting met een meetinrichting met actieve telwerken voor normaaluren en laaguren stelt de netbeheerder voor beide tariefperiodes (normaaluren en laaguren) een bijbehorende standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding vast.
B1.3.7a
Indien een aansluiting beschikt over een meetinrichting met slechts één actief telwerk per leveringsrichting, wordt op basis van de bepaalde verbruiken de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding voor normaaluren berekend, en wordt de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding voor laaguren op nul gesteld.
B1.3.7b
Vervallen.
B1.3.8
De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding volgens de methode, bedoeld in B1.3.1 tot en met B1.3.7, uiterlijk vijf werkdagen na ontvangst van een vastgestelde meterstand van de leverancier, of uiterlijk vijf werkdagen nadat de netbeheerder namens de leverancier een meterstand heeft vastgesteld, of uiterlijk vijf werkdagen nadat de meetverantwoordelijke een verbruik heeft aangeleverd voor het allocatiepunt.
B1.3.8a
De netbeheerder stelt de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding op nul indien uit de methode zoals bedoeld in B1.3.1 tot en met B1.3.7 een negatieve waarde komt.
B1.3.9
De netbeheerder muteert het aansluitingenregister met de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding, bedoeld in B1.3.8, uiterlijk vijf werkdagen na het bepalen van de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding overeenkomstig 2.1.8 .
B1.3.10
B1.3.11
De uitvoeringsorganisatie, bedoeld in 9.1.3, maakt de in B1.3.10 genoemde gemiddelde standaardjaarafnames toegankelijk voor de netbeheerders, de leveranciers, de programmaverantwoordelijken en de meetverantwoordelijken.
B1.4
Vervallen.
B1.5
Vervallen.
B1.6
Vervallen.