Einde inhoudsopgave
Informatiecode elektriciteit en gas
Bijlage 7 Gegevensverstrekkingen naar aanleiding van opvraag of wijziging van aansluitinggegevens
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2023
- Bronpublicatie:
26-01-2023, Stcrt. 2023, 4969 (uitgifte: 16-02-2023, regelingnummer: ACM/UIT/587445)
- Inwerkingtreding
01-04-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-01-2023, Stcrt. 2023, 4969 (uitgifte: 16-02-2023, regelingnummer: ACM/UIT/587445)
- Vakgebied(en)
Energierecht / Distributie
B7.1
De netbeheerder verstrekt op grond van 2.2.1, 2.2.2, 2.2.3, 2.2a.4, 2.2b.4, 2.2c.4, 2.2d.4, 3.1.2.6a, 3.3.2.5a, 3.5.2.6a, 3.6.3.6a, 4.1.2.6a, 4.3.2.5a of 4.5.2.6a de gegevens betreffende kleinverbruikaansluitingen of grootverbruikaansluitingen aan leveranciers, programmaverantwoordelijken of meetverantwoordelijken, zoals aangegeven in onderstaande tabel:
Betreft grootverbruikaansluiting (GV) / kleinverbruikaansluiting (KV) | KV | GV | KV | KV | KV | KV | GV | KV/GV | ||
Verstrekking aan leverancier | x | x | x | x | x | x | ||||
Verstrekking aan programmaverantwoordelijke | x | x | x | |||||||
Verstrekking aan meetverantwoordelijke | x | |||||||||
a | de naam van de aangeslotene met wie de aansluit- en transportovereenkomst is gesloten; | |||||||||
b | de EAN-code van de aansluiting; | x | x | x | x | x | x | x | x | |
c | de EAN-code van het netgebied waarin de aansluiting zich bevindt; | x | x | x | x | x | x | x | x | |
d | de bedrijfs-EAN-code van de netbeheerder; | x | x | x | x | x | x | x | x | |
e | de adresgegevens behorend bij het overdrachtspunt van de aansluiting; | x | x | x | x | x | x | |||
f | de identificatie van de actuele leverancier behorende bij de desbetreffende aansluiting (bedrijfs-EAN-code); | x | x | x | ||||||
g | de identificatie van de actuele programmaverantwoordelijke op de desbetreffende aansluiting (bedrijfs-EAN-code); | x | x | x | ||||||
h | een kenmerk dat de fysieke status van de aansluiting weergeeft; | x | x | x | x | x | ||||
i | een kenmerk dat de administratieve status van de aansluiting weergeeft; | x | x | x | x | |||||
j | een kenmerk dat de leveringsrichting op de aansluiting weergeeft; | x | x | x | x | x | x | x | ||
l | x | x | x | x | x | x | x | x | ||
p | de wijze waarop de desbetreffende aansluiting wordt bemeten; | x | x | x | x | x | x | |||
q | de profielcategorie exclusief het vastgesteld afnametype voor elektriciteit respectievelijk de afnamecategorie voor gas die van toepassing is op de desbetreffende aansluiting; | x | x | x | x | x | x | x | ||
r | in geval van gasaansluitingen waarbij de allocatie met behulp van profielen plaatsvindt: het standaardjaarverbruik gas; | x | x | x | x | x | x | |||
s | een kenmerk dat de allocatiemethode op de aansluiting weergeeft; | x | x | x | x | |||||
t | de EAN-codes van de secundaire allocatiepunten die aan de aansluiting zijn toegekend; | x | x | x | x | |||||
u | in geval van een secundair allocatiepunt: de EAN-code van het bijbehorende primaire allocatiepunt; | x | x | x | x | x | x | |||
v | [gereserveerd] | x | x | |||||||
w | de aanduiding of het een elektriciteits- of gasaansluiting betreft; | x | x | x | x | x | x | x | x | |
x | indien de netbeheerder hierover beschikt: een nadere duiding omtrent de locatie van het overdrachtspunt van de aansluiting; | x | x | x | x | x | x | |||
y | indien de netbeheerder hierover beschikt: BAG-nummeridentificatie zoals bedoeld in artikel 1, onderdeel d van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen; | x | x | x | x | x | x | |||
z | de standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding elektriciteit, waar mogelijk onderscheiden naar normaaluren en laaguren. | x | x | x | x | |||||
a | de capaciteitstariefcode; | x | x | x | ||||||
b | in geval van een aansluiting die is voorzien van een kleinverbruikmeetinrichting die op afstand uitleesbaar is: een kenmerk dat weergeeft of de aangeslotene de mogelijkheid om op afstand uit te lezen administratief heeft laten uitzetten; | x | x | x | ||||||
d | het identificatienummer van de meetinrichting; | x 1. | x | x | ||||||
e | in geval van een gasaansluiting: een kenmerk dat weergeeft of de meting door de kleinverbruikmeetinrichting wordt gecorrigeerd voor temperatuur; | x | x | |||||||
f | per telwerk van de meetinrichting, bedoeld onder d, de volgende gegevens: | |||||||||
f1 | in geval van elektriciteit: de telwerkindicatie; | x | x | |||||||
f2 | in geval van elektriciteit en uitsluitend voor een niet op afstand uitleesbare meetinrichting: of dit het telwerk normaal of het telwerk laag of een combinatie daarvan betreft; | x | x | |||||||
f3 | in geval van elektriciteit en uitsluitend voor een niet op afstand uitleesbare meetinrichting: de energierichting van het telwerk; | x | x | |||||||
f5 | het aantal posities voor de komma; | x | x | |||||||
f6 | de vermenigvuldigingsfactor; | x | x | |||||||
g | in geval van een aansluiting die is voorzien van een kleinverbruikmeetinrichting die op afstand uitleesbaar is: een kenmerk dat weergeeft of de kleinverbruikmeetinrichting gelet op externe factoren van technische aard al dan niet op afstand uitleesbaar is; | x | x | x | ||||||
h | een kenmerk dat weergeeft of de kleinverbruikmeetinrichting al dan niet op afstand uitleesbaar is. | x | x | x | ||||||
a | de bedrijfs-EAN-code van de meetverantwoordelijke dan wel, indien sprake is van een aansluiting waarbij op grond van 2.1.3.5 van de Netcode elektriciteit geen comptabele meetinrichting aanwezig is of indien sprake is van een aansluiting zoals bedoeld in B3.4.7, de bedrijfs-EAN-code van de netbeheerder; | x | ||||||||
b | in geval van aansluitingen waarbij eenmaal per jaar het verbruik wordt bepaald: de maand waarin de verbruiksbepaling plaatsvindt; | x | ||||||||
c | in geval van een elektriciteitsaansluiting groter dan 3x80A: het op de aansluiting gecontracteerde transportvermogen [kW]; | x | ||||||||
d | in geval van aansluitingen van telemetriegrootverbruikers gas: het jaarverbruik telemetriegrootverbruikers (uitgedrukt in m3(n;35,17)); | x | ||||||||
e | in geval van aansluitingen van telemetriegrootverbruikers gas: het maxverbruik (uitgedrukt in m3(n;35,17)/uur). | x | ||||||||
f | in geval van een elektriciteitsaansluiting waarachter zich een of meer elektriciteitsproductie-installaties bevinden: de aard van die elektriciteitsproductie-installaties aangeduid met de primaire energiebron; | x | ||||||||
g | in geval van een elektriciteitsaansluiting tot en met 3x80A: de doorlaatwaarde van de aansluiting, aangeduid als het aantal beschikbaar gestelde fasen vermenigvuldigd met de nominale waarde van de overstroombeveiliging per fase. | x | ||||||||
i | in geval van een gasaansluiting: de aansluitcapaciteit van de aansluiting, aangeduid in m3(n)/uur; | x | ||||||||
j | in geval van een elektriciteitsaansluiting groter dan 3x80A: de aansluitcapaciteit in kVA. | x |
Voetnoten
de laatste 4 cijfers van de gegevens bedoeld in 2.1.4, onderdeel d.