Einde inhoudsopgave
Scheepvaartverkeerswet
Artikel 34
Geldend
Geldend vanaf 24-07-2010
- Bronpublicatie:
07-07-2010, Stb. 2010, 300 (uitgifte: 23-07-2010, kamerstukken: 31870)
- Inwerkingtreding
24-07-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-07-2010, Stb. 2010, 300 (uitgifte: 23-07-2010, kamerstukken: 31870)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
Vervoersrecht / Binnenvaart
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet zijn belast de ambtenaren, aangewezen bij het besluit, bedoeld in artikel 32, eerste lid.
2.
Bij besluit van Onze Minister kunnen andere dan de in het eerste lid bedoelde ambtenaren worden aangewezen voor het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet. Ambtenaren van provincies, gemeenten of waterschappen worden aangewezen op voordracht van, en in overeenstemming met de desbetreffende besturen.
3.
In de in het tweede lid bedoelde besluit kunnen eisen worden gesteld met betrekking tot de kennis en kunde van de toezichthouders en de wijze waarop zij hun taak vervullen.
4.
Het besluit bedoeld in het tweede lid wordt in de Staatscourant geplaatst.
5.
De toezichthouders beschikken niet over de bevoegdheden, genoemd in de artikelen 5:18 en 5:19 van de Algemene wet bestuursrecht.