Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/2088 betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiëledienstensector
Artikel 2 bis Het beginsel ‘geen ernstige afbreuk doen’
Geldend
Geldend vanaf 12-07-2020
- Bronpublicatie:
18-06-2020, PbEU 2020, L 198 (uitgifte: 22-06-2020, regelingnummer: 2020/852)
- Inwerkingtreding
12-07-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-06-2020, PbEU 2020, L 198 (uitgifte: 22-06-2020, regelingnummer: 2020/852)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Milieurecht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De bij Verordeningen (EU) nr. 1093/2010, (EU) nr. 1094/2010 en (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad opgerichte Europese toezichthoudende autoriteiten (gezamenlijk de ‘ETA's’ genoemd) ontwikkelen via het Gemengd Comité ontwerpen van technische reguleringsnormen om nadere regels vast te stellen voor de inhoud en presentatie van de informatie met betrekking tot het in artikel 2, punt 17, van deze verordening bedoelde beginsel ‘geen ernstige afbreuk doen’, in overeenstemming met de inhoud, methoden en presentatie van de duurzaamheidsindicatoren in verband met de in artikel 4, leden 6 en 7, van deze verordening bedoelde ongunstige effecten.
2.
De ETA's dienen de in lid 1 bedoelde ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 30 december 2020 in bij de Commissie.
3.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid overgedragen om deze verordening aan te vullen door de in lid 1 van dit artikel bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010, (EU) nr. 1094/2010 en (EU) nr. 1095/2010.