Einde inhoudsopgave
Richtsnoeren voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden
1.1.1.2 Steun voor investeringen voor de instandhouding van cultureel en natuurlijk erfgoed op landbouwbedrijven
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
21-12-2022, PbEU 2022, C 485 (uitgifte: 21-12-2022, regelingnummer: 2022/C 485/01)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2022, PbEU 2022, C 485 (uitgifte: 21-12-2022, regelingnummer: 2022/C 485/01)
- Vakgebied(en)
Staatssteun (V)
(164)
De Commissie zal steun voor investeringen voor de instandhouding van cultureel en natuurlijk erfgoed op landbouwbedrijven aanmerken als verenigbaar met de interne markt op grond van artikel 107, lid 3, punt d), van het Verdrag als die steun in overeenstemming is met deel I, hoofdstuk 3, van deze richtsnoeren, met de in punt (143) vermelde algemene voorwaarde voor investeringssteun en met de in deze afdeling vermelde voorwaarden.
(165)
De steun moet worden verleend voor de instandhouding van cultureel en natuurlijk erfgoed in de vorm van natuurlijke landschappen en gebouwen, waarbij dat erfgoed door de bevoegde autoriteit van de lidstaat formeel als cultureel of natuurlijk erfgoed is erkend.
In aanmerking komende kosten
(166)
De volgende kosten voor de instandhouding van cultureel en natuurlijk erfgoed komen in aanmerking:
- a)
kosten van investeringen in materiële activa;
- b)
gekapitaliseerde werkzaamheden.
Steunintensiteit
(167)
De steun mag ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten bedragen.
(168)
De steun voor gekapitaliseerde werkzaamheden mag ten hoogste 10 000 EUR per jaar bedragen.