Einde inhoudsopgave
Regeling dierlijke producten
Artikel 2.58 Hoeveelheidsbepaling
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
10-12-2014, Stcrt. 2014, 35166 (uitgifte: 29-12-2014, regelingnummer: WJZ/14139630)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-12-2014, Stcrt. 2014, 35166 (uitgifte: 29-12-2014, regelingnummer: WJZ/14139630)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
De vaststelling en de notering van het volume van elke melkleverantie vinden plaats in liters.
2.
In de data-apparatuur op een rijdende melkontvangst kan het volume van de geleverde boerderijmelk worden omgerekend van liters naar kilogrammen melk, mits op de plaats van inname van de melk het geregistreerde aantal liters en de omrekeningsfactor inzichtelijk zijn.
3.
Indien het volume van de geleverde boerderijmelk wordt omgerekend van liters naar kilogrammen melk geschiedt dit door het aantal liters overeenkomstig een door de ontvanger van boerderijmelk overeenkomstig bijlage 3 vast te stellen omrekeningsfactor om te rekenen in kilogrammen, waarbij hoeveelheden tot een halve kg worden afgerond naar beneden en hoeveelheden van een halve tot één kg worden afgerond naar boven. De omrekeningsfactor wordt éénmaal per kalendermaand bepaald en is van toepassing op de daaropvolgende kalendermaand. De ontvanger van boerderijmelk legt vast op welke wijze de objectieve vaststelling van de omrekeningsfactor wordt geborgd.
4.
De gegevens waaruit de omrekeningsfactor wordt afgeleid, worden gedurende ten minste één jaar op het bedrijf van een ontvanger van boerderijmelk bewaard onder vermelding van de datum van bepaling van de omrekeningsfactor en de gemiddelde temperatuur van de melk bij aankomst op de zuivelfabriek. In geval van een uniforme omrekeningsfactor als bedoeld in bijlage 3, onderdeel B, omvatten deze gegevens de datum, het aantal liters en kilogrammen en de gevonden omrekeningsfactor voor iedere in gebruik zijnde rijdende melkontvangst.
5.
Indien de omrekeningsfactor voor een rijdende melkontvangst kleiner is dan 1,028 of groter is dan 1,035, wordt binnen één week na vaststelling van deze omrekeningsfactor opnieuw de omrekeningsfactor van deze rijdende melkontvangst vastgesteld. Indien de omrekeningsfactor wederom kleiner is dan 1,028 of groter is dan 1,035, wordt de rijdende melkontvangst binnen 10 werkdagen na de tweede weegcontrole voor een keuring bij de erkende keurder aangeboden en wordt hiervan binnen één week na aanbieding melding gemaakt aan Stichting COKZ.
6.
Een gewijzigde rijdende melkontvangst wordt door de ontvanger van boerderijmelk direct aan een weegcontrole onderworpen. Deze weegcontrole wordt uitgevoerd overeenkomstig de in bijlage 3, onderdeel A, beschreven werkwijze. Het derde, vierde en vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing.