Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud
Artikel 2 Aanwijzing van de instellingen
Geldend
Geldend vanaf 25-05-1957
- Bronpublicatie:
20-06-1956, Trb. 1957, 121 (uitgifte: 22-08-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
25-05-1957
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-1956, Trb. 1957, 121 (uitgifte: 22-08-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
1.
Iedere Verdragsluitende Partij wijst, op het tijdstip van de nederlegging van de akte van bekrachtiging of toetreding, een of meer administratieve of rechterlijke autoriteiten aan, die in haar gebied de functies van verzendende instellingen zullen vervullen.
2.
Iedere Verdragsluitende Partij wijst, op het tijdstip van nederlegging van de akte van bekrachtiging of toetreding, een overheidsorgaan of particulier lichaam aan, dat in haar gebied de functies van ontvangende instelling zal vervullen.
3.
Iedere Verdragsluitende Partij doet de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties onverwijld mededeling van de aanwijzingen krachtens lid 1 en lid 2 en van de eventueel daarin aangebrachte wijzigingen.
4.
De verzendende en ontvangende instellingen kunnen rechtstreeks in verbinding treden met de verzendende en de ontvangende instellingen van de andere Verdragsluitende Partijen.