Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1896/2006 tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure
Artikel 7 Verzoek om een Europees betalingsbevel
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-05-2025.
- Bronpublicatie:
13-12-2023, PbEU L 2023, 2023/2844 (uitgifte: 27-12-2023, regelingnummer: 2023/2844)
- Inwerkingtreding
16-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2023, PbEU L 2023, 2023/2844 (uitgifte: 27-12-2023, regelingnummer: 2023/2844)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
Het verzoek om een Europees betalingsbevel wordt ingediend door middel van het standaardformulier A van bijlage I.
2.
Het verzoek vermeldt:
- a)
naam en adres van de partijen en, in voorkomend geval, van hun vertegenwoordigers, alsmede de gegevens van het gerecht waarbij het verzoek wordt ingediend;
- b)
het bedrag van de schuldvordering, met inbegrip van de hoofdsom en, in voorkomend geval, de rente, de contractuele boetes en de kosten;
- c)
in geval rente over de schuldvordering wordt geëist, de rentevoet en de termijn waarvoor rente wordt gevorderd, tenzij volgens het recht van de lidstaat van oorsprong de hoofdsom automatisch met de wettelijke rente wordt vermeerderd;
- d)
de grondslag van de rechtsvordering, waaronder een beschrijving van de elementen waarmee de schuldvordering en, in voorkomend geval, de geëiste rente worden gestaafd;
- e)
een beschrijving van het bewijs tot staving van de schuldvordering;
- f)
de gronden voor de rechterlijke bevoegdheid; en
- g)
het grensoverschrijdende karakter van de zaak in de zin van artikel 3.
3.
In het verzoek verklaart de eiser dat de verstrekte inlichtingen naar zijn weten waarheidsgetrouw zijn, en erkent hij dat het opzettelijk afleggen van een valse verklaring aanleiding kan geven tot passende sancties naar het recht van de lidstaat van oorsprong.
4.
In een aanhangsel bij het verzoek kan de eiser aan het gerecht aangeven welke van de in artikel 17, lid 1, onder a) en b), vermelde procedures hij eventueel in een latere civielrechtelijke procedure op zijn vordering toegepast wil zien als de verweerder een verweerschrift tegen het Europees betalingsbevel indient.
In het in de eerste alinea bedoelde aanhangsel kan de eiser tevens aan het gerecht aangeven dat hij bezwaar maakt tegen een overgang naar een civielrechtelijke procedure in de zin van artikel 17, lid 1, onder a) of onder b), in geval van verweer door de verweerder. De eiser kan dit ook in een later stadium doen, doch in elk geval voordat het betalingsbevel wordt uitgevaardigd.
5.
Het verzoek wordt ingediend door middel van elektronische communicatie als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EU) 2023/2844 van het Europees Parlement en de Raad (1), op papieren drager of via elk ander communicatiemiddel inclusief langs elektronische weg, dat door de lidstaat van oorsprong wordt aanvaard en dat bij het gerecht van oorsprong beschikbaar is.
6.
Het verzoek wordt door de eiser of, in voorkomend geval, door de vertegenwoordiger van de eiser ondertekend. Indien de aanvraag overeenkomstig lid 5 van dit artikel in elektronische vorm wordt ingediend, wordt aan het voorschrift de aanvraag te ondertekenen voldaan overeenkomstig artikel 7, lid 3, van Verordening (EU) 2023/2844. De elektronische handtekening wordt in de lidstaat van oorsprong erkend zonder dat verdere voorwaarden worden gesteld.
Een dergelijke elektronische handtekening is evenwel niet vereist indien en voorzover er een alternatief elektronisch communicatiesysteem bij het gerecht van de lidstaat van oorsprong bestaat dat voor een bepaalde groep tevoren geregistreerde erkende gebruikers beschikbaar is en waarmee die gebruikers op een veilige manier kunnen worden geïdentificeerd. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van dergelijke communicatiesystemen.
Voetnoten
Verordening (EU) 2023/2844 van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2023 betreffende de digitalisering van de justitiële samenwerking en de toegang tot de rechter in grensoverschrijdende burgerlijke, handels- en strafzaken, en tot wijziging van bepaalde handelingen op het gebied van justitiële samenwerking (PB L, 2023/2844, 27.12.2023, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2023/2844/oj).