Einde inhoudsopgave
Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds
Artikel 381 Regelgevingskader
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-04-2021, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Douane (V)
1.
Elke Partij eerbiedigt de relevante internationale normen, waaronder de richtsnoeren van de OESO betreffende corporate governance in overheidsondernemingen, en maakt daar optimaal gebruik van.
2.
Elke Partij zorgt ervoor dat elk regelgevend orgaan en elk ander orgaan met een regelgevende functie dat zij opricht of in stand houdt:
- a)
onafhankelijk is van en geen verantwoording verschuldigd is aan enige onderneming die door dat orgaan wordt gereglementeerd, en
- b)
in soortgelijke omstandigheden onpartijdig optreedt jegens alle ondernemingen die door dat orgaan worden gereglementeerd, met inbegrip van de onder de overeenkomst vallende entiteiten; de onpartijdige uitoefening door het orgaan van zijn regelgevende werkzaamheden wordt beoordeeld aan de hand van het algemene operationele patroon of de algemene praktijk van dat orgaan.
Voor de sectoren waarvoor de Partijen in deze overeenkomst specifieke verplichtingen in verband met een dergelijk orgaan zijn overeengekomen, hebben de desbetreffende bepalingen van deze overeenkomst voorrang.
3.
Elke Partij past haar wet- en regelgeving op samenhangende en niet-discriminerende wijze toe op onder de overeenkomst vallende entiteiten.