Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/473 betreffende het Europees Bureau voor visserijcontrole
Artikel 30 Aansprakelijkheid
Geldend
Geldend vanaf 14-04-2019
- Bronpublicatie:
19-03-2019, PbEU 2019, L 83 (uitgifte: 25-03-2019, regelingnummer: 2019/473)
- Inwerkingtreding
14-04-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-03-2019, PbEU 2019, L 83 (uitgifte: 25-03-2019, regelingnummer: 2019/473)
- Vakgebied(en)
Dierenrecht / Bijzondere onderwerpen
EU-recht / Instituties
1.
De contractuele aansprakelijkheid van het Bureau wordt beheerst door het recht dat op de betrokken overeenkomst van toepassing is.
2.
Het Hof van Justitie van de Europese Unie is bevoegd uitspraak te doen krachtens een arbitragebeding vervat in een door het Bureau gesloten overeenkomst.
3.
In geval van niet-contractuele aansprakelijkheid vergoedt het Bureau, overeenkomstig de algemene beginselen die de wetgevingen van de lidstaten gemeen hebben, alle schade die door het Bureau zelf of zijn personeelsleden in de uitoefening van hun functie is veroorzaakt. Het Hof van Justitie is bevoegd voor alle in dit verband gerezen geschillen over schadevergoeding.
4.
De persoonlijke aansprakelijkheid van de personeelsleden jegens het Bureau wordt beheerst door de bepalingen van het Statuut van de ambtenaren of de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden.