Einde inhoudsopgave
Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
Artikel 5.1.3 [Verwerking persoonsgegevens. CAK]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
24-04-2019, Stb. 2019, 185 (uitgifte: 22-05-2019, kamerstukken: 35093)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2019, Stb. 2019, 452 (uitgifte: 05-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Maatschappelijke ondersteuning / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
1.
Het CAK en een andere instantie als bedoeld in artikel 2.1.4b, tweede lid, zijn bevoegd tot het verwerken van persoonsgegevens van de cliënt, zijn echtgenoot, inwonende minderjarige kinderen en zijn ouders, waaronder gegevens over gezondheid die noodzakelijk zijn voor de vaststelling en inning van een bijdrage als bedoeld in artikel 2.1.4b, eerste lid, of 2.1.5, voor zover deze op grond van artikel 5.2.1, 5.2.2 of 5.2.3 zijn verkregen en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van artikel 2.1.4, 2.1.4a, 2.1.4b of 2.1.5.
2.
Het CAK is bevoegd tot het verwerken van persoonsgegevens van de cliënt, waaronder persoonsgegevens betreffende de gezondheid die noodzakelijk zijn voor de vaststelling en inning van een bijdrage als bedoeld in artikel 2.1.4, 2.1.4a of 2.1.5 indien de betaling reeds is verricht door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen of de Sociale verzekeringsbank op grond van artikel 57, derde lid, van de Algemene nabestaandenwet, artikel 20, tweede lid, van de Algemene ouderdomswet, artikel 39, tweede lid, van de Werkloosheidswet, artikel 57, tweede lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, artikel 2:55, tweede lid, en 3:47, tweede lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, artikel 30, tweede lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, artikel 54, tweede lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 71, tweede lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en artikel 40, tweede lid, van de Ziektewet.
3.
Het CAK is bevoegd tot het verwerken van persoonsgegevens van de cliënt of zijn echtgenoot voor de beoordeling van Onze Minister als bedoeld in artikel 2.5.4, eerste lid, waaronder persoonsgegevens betreffende de gezondheid die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van artikel 2.5.4.
4.
Het CAK respectievelijk de andere instantie is de verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerking, bedoeld in het eerste lid en het CAK is de verwerkingsverantwoordelijke voor de verwerking, bedoeld in het tweede en derde lid.