Einde inhoudsopgave
Wet voortgezet onderwijs 2020
Artikel 8.9 Toelating leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben; zorgplicht school
Geldend
Geldend van 01-08-2022 tot 01-08-2025
- Bronpublicatie:
30-09-2020, Stb. 2020, 379 (uitgifte: 14-10-2020, kamerstukken: 35297)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-11-2021, Stb. 2021, 599 (uitgifte: 09-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het bevoegd gezag beoordeelt of de leerling die is aangemeld extra ondersteuning nodig heeft. Voor die beoordeling kan het bevoegd gezag de ouders verzoeken gegevens te overleggen over stoornissen of handicaps van de leerling of beperkingen in de onderwijsparticipatie. Onder extra ondersteuning wordt niet verstaan ondersteuning om de beheersing van de Nederlandse taal te bevorderen voor het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden.
2.
Het bevoegd gezag weigert de toelating van een leerling die extra ondersteuning nodig heeft alleen nadat het ervoor heeft gezorgd dat een andere school, een school voor voortgezet speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een instelling als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, LPW bereid is om de leerling toe te laten, na overleg met de ouders en met inachtneming van de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de schoolondersteuningsprofielen van de betrokken scholen.
3.
Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing indien:
- a.
op de school waar de leerling is aangemeld geen plaatsruimte beschikbaar is;
- b.
het bevoegd gezag de ouders bij de aanmelding verzoekt te verklaren dat zij de grondslag van het onderwijs op de school zullen respecteren of te verklaren dat zij de grondslag van het onderwijs op de school zullen onderschrijven en de ouders dit weigeren te verklaren; of
- c.
de leerling niet voldoet aan de voorwaarden voor toelating die zijn gesteld bij of krachtens deze wet.