Einde inhoudsopgave
Leerplichtwet 1969
Artikel 1 Begripsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
23-02-2022, Stb. 2022, 116 (uitgifte: 21-03-2022, kamerstukken: 35946)
27-01-2021, Stb. 2021, 57 (uitgifte: 10-02-2021, kamerstukken: 35611)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-03-2022, Stb. 2022, 117 (uitgifte: 22-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
29-11-2021, Stb. 2021, 599 (uitgifte: 09-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
Deze wet verstaat onder:
- a.
‘Onze Minister’: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, tenzij uitdrukkelijk anders bepaald;
- b.
‘school’:
- 1.
een openbare of een uit de openbare kas bekostigde bijzondere basisschool, speciale school voor basisonderwijs, school voor speciaal onderwijs, voortgezet speciaal onderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of dagschool voor voortgezet onderwijs, dan wel een openbare of een uit de openbare kas bekostigde bijzondere instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs;
- 2.
een ingevolge artikel 2.66 van de Wet voortgezet onderwijs 2020 aangewezen bijzondere dagschool voor voortgezet onderwijs;
- 3.
een andere dagschool die wat de inrichting van het onderwijs betreft, overeenkomt met de criteria, bedoeld in artikel 1a1, en wat de bevoegdheden van de leraren betreft, overeenkomt met een of meer van de onder 1 bedoelde scholen;
- 4.
een andere krachtens artikel 1a, eerste lid, onder a, voor de toepassing van deze wet als school aangewezen onderwijsinstelling;
- c.
‘instelling’:
- 1.
instelling als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
- 2.
beroepsopleiding ten aanzien waarvan toepassing is gegeven aan artikel 1.4.1, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
- d.
‘hoofd’:
- 1.
hij die met de leiding van de school is belast;
- 2.
hij die met de leiding van de instelling is belast;
- e.
‘de ambtenaar’: de ambtenaar, bedoeld in artikel 16;
- f.
‘startkwalificatie’: een diploma van een opleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lidonder b tot en met e, van de Wet educatie en beroepsonderwijs of een diploma hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs als bedoeld in artikel 2.5 onderscheidenlijk 2.4 van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
- g.
‘persoonsgebonden nummer’: persoonsgebonden nummer als bedoeld in artikel 1 van de Wet register onderwijsdeelnemers;
- h.
‘register onderwijsdeelnemers’: register onderwijsdeelnemers als bedoeld in artikel 4 van de Wet register onderwijsdeelnemers.