Einde inhoudsopgave
Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof
Artikel 75 Herstelbetalingen aan slachtoffers
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2002
- Bronpublicatie:
17-07-1998, Trb. 2000, 120 (uitgifte: 17-10-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-07-2002, Trb. 2002, 135 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal strafrecht / Internationale tribunalen
1.
Het Hof stelt beginselen vast met betrekking tot herstelbetalingen aan of ten aanzien van slachtoffers, met inbegrip van restitutie, schadeloosstelling en rehabilitatie. Op basis daarvan is het Hof bevoegd in zijn beslissing, op verzoek of ambtshalve in uitzonderlijke omstandigheden, de reikwijdte en omvang te bepalen van schade, verlies en letsel veroorzaakt aan of ten aanzien van slachtoffers en vermeldt het Hof de beginselen waarop zijn handelen is gegrond.
2.
Het Hof is bevoegd een rechtstreeks bevel te richten tot een veroordeelde persoon, waarin passende herstelbetalingen zijn omschreven aan of ten aanzien van slachtoffers, met inbegrip van restitutie, schadeloosstelling en rehabilitatie. Waar het Hof dit gepast acht, is het bevoegd te gelasten dat de toekenning van herstelbetalingen geschiedt via het in artikel 79 bedoelde Trustfonds.
3.
Alvorens een bevel uit te vaardigen ingevolge dit artikel, is het Hof bevoegd gelegenheid te geven tot het kenbaar maken van opvattingen door of uit naam van de veroordeelde persoon, de slachtoffers, andere belanghebbenden of belanghebbende Staten, waarmee het rekening zal houden.
4.
Bij de uitoefening van de ingevolge dit artikel verleende bevoegdheid is het Hof bevoegd, nadat een persoon is veroordeeld voor een misdrijf waarover het Hof rechtsmacht bezit, te bepalen of het, om uitvoering te geven aan een bevel dat het ingevolge dit artikel bevoegd is te geven, noodzakelijk is te verzoeken om maatregelen ingevolge artikel 93, eerste lid.
5.
Een Staat die Partij is geeft uitvoering aan een beslissing ingevolge dit artikel overeenkomstig het bepaalde in artikel 109.
6.
Niets in dit artikel doet afbreuk aan de rechten van slachtoffers krachtens nationaal of internationaal recht.