Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/241 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit
Artikel 13 Voorfinanciering
Geldend
Geldend vanaf 19-02-2021
- Bronpublicatie:
12-02-2021, PbEU 2021, L 57 (uitgifte: 18-02-2021, regelingnummer: 2021/241)
- Inwerkingtreding
19-02-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-02-2021, PbEU 2021, L 57 (uitgifte: 18-02-2021, regelingnummer: 2021/241)
- Vakgebied(en)
Corona (V)
EU-recht / Financiering
1.
Mits de Raad uiterlijk 31 december 2021 het in artikel 20, lid 1, bedoelde uitvoeringsbesluit goedkeurt, en indien een lidstaat hierom verzoekt, samen met de indiening van zijn herstel- en veerkrachtplan, financiert de Commissie vooraf maximaal 13 % van de financiële bijdrage niet-terugbetaalbare en, in voorkomend geval, maximaal 13 % van de leningen overeenkomstig artikel 20, leden 2 en 3, van deze verordening. In afwijking van artikel 116, lid 1, van het Financieel Reglement keert de Commissie de desbetreffende betaling voor zover mogelijk binnen twee maanden na haar goedkeuring van de in artikel 23 bedoelde juridische verbintenis uit.
2.
In het geval van voorfinanciering uit hoofde van lid 1 van dit artikel worden de uit te keren financiële bijdragen en, in voorkomend geval, de leningen als bedoeld in artikel 20, lid 5, respectievelijk punt a) of punt h), evenredig aangepast.
3.
Indien het voorfinancieringsbedrag van de financiële bijdrage op grond van lid 1 van dit artikel in de periode tot en met 30 juni 2022 meer bedraagt dan 13 % van de overeenkomstig artikel 11, lid 2, berekende maximale financiële bijdrage, wordt de volgende betaling waartoe overeenkomstig artikel 24, lid 5, opdracht wordt gegeven, alsmede indien nodig de daaropvolgende betalingen, verminderd totdat het surplusbedrag tenietgedaan is. Indien de resterende betalingen niet volstaan, wordt het surplusbedrag teruggestort.