Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 810/2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode
Artikel 39 Gedrag van het personeel
Geldend
Geldend vanaf 02-08-2021
- Bronpublicatie:
07-07-2021, PbEU 2021, L 248 (uitgifte: 13-07-2021, regelingnummer: 2021/1134)
- Inwerkingtreding
02-08-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-07-2021, PbEU 2021, L 248 (uitgifte: 13-07-2021, regelingnummer: 2021/1134)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Bijzondere onderwerpen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De consulaten van de lidstaten dragen er zorg voor dat aanvragers op correcte wijze worden bejegend.
2.
Het personeel van de consulaire en centrale autoriteiten eerbiedigt bij de uitoefening van zijn taken de menselijke waardigheid en de grondrechten en beginselen die zijn erkend in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Elke maatregel staat in verhouding tot de daarmee beoogde doelen.
3.
Bij de uitvoering van zijn taken onthoudt het personeel van de consulaten en centrale autoriteiten zich van discriminatie op grond van geslacht, ras, etnische achtergrond, godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid. Zij schenken bijzondere aandacht aan kinderen, ouderen en personen met een handicap. Het belang van het kind komt op de eerste plaats.