BNB 1997/279
Zaak Asscher. Ten aanzien van deze belastingplichtige moet art. 20b Wet LB 1964 buiten toepassing blijven
HR 28-05-1997, ECLI:NL:HR:1997:AA2203, m.nt. J.A.G. van der Geld
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 mei 1997
- Magistraten
Stoffer; Urlings; Zuurmond; Fleers; Pos
- Zaaknummer
28 946
- Noot
J.A.G. van der Geld
- LJN
AA2203
- JCDI
JCDI:ADS887748:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Loonbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:AA2203, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑05‑1997
- Wetingang
Essentie
Zaak Asscher. Ten aanzien van deze belastingplichtige moet art. 20b Wet LB 1964 buiten toepassing blijven
Samenvatting
Voortzetting zaak BNB 1994/154 en BNB 1996/350.
Het uitgangspunt van partijen dat Asscher in Nederland niet aan de premieheffing volksverzekeringen was onderworpen behoeft volgens de nadere conclusie van de A-G Van den Berge niet onjuist te zijn. De Hoge Raad gaat op dit punt niet uitdrukkelijk in.
HR: Het HvJ EG heeft geoordeeld dat Asscher een beroep kan doen op art. 52 van het EG-Verdrag. Hij bevond zich immers ten opzichte van Nederland in een vergelijkbare ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.