BNB 2010/210
Belang bij beroep tegen voorlopige aanslag indien de definitieve aanslag reeds onherroepelijk vaststaat
HR 19-02-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK1034, m.nt. J.A.R. van Eijsden
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 februari 2010
- Magistraten
Berge, van den; Schaap; Tijnagel; Heisterkamp; Feteris
- Zaaknummer
08/03784
- Conclusie
A-G mr. IJzerman
- Noot
J.A.R. van Eijsden
- LJN
BK1034
- JCDI
JCDI:ADS170814:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van lagere overheden (V)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Milieubelastingen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK1034, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑02‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK1034, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 07‑10‑2009
- Wetingang
Art. 13 AWR
Essentie
Belang bij beroep tegen voorlopige aanslag indien de definitieve aanslag reeds onherroepelijk vaststaat
Samenvatting
Aan belanghebbende is een voorlopige aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd, waartegen hij in bezwaar is gegaan. Vervolgens is hij in beroep gegaan. In geschil was onder meer of het beroep niet-ontvankelijk diende te worden verklaard omdat reeds de definitieve aanslag was opgelegd ten tijde van de mondelinge behandeling voor de Rechtbank en belanghebbende tegen die aanslag niet in bezwaar was gekomen.
HR: Het Hof heeft het beroep van de Inspecteur op niet-ontvankelijkheid van belanghebbendes beroep terecht verworpen. Uit de voorlopige aanslag vloeit voor belanghebbende een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.