BNB 2003/43
Prejudiciële vragen over herziening bij levering door overheidsorgaan van investeringsgoed
HR 18-10-2002, ECLI:NL:HR:2002:AD9787, m.nt. B.G. van Zadelhoff
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 oktober 2002
- Magistraten
Zuurmond; Brunschot; Vliet, van; Lourens; Bavinck
- Zaaknummer
36 663
- Conclusie
A-G mr. Van Kalmthout
- Noot
B.G. van Zadelhoff
- LJN
AD9787
- JCDI
JCDI:ADS888534:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AD9787, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 18‑10‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AD9787, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑10‑2002
- Wetingang
Art. 4, vijfde lid, 20 Zesde BTW-Richtlijn; art. 3, 13a Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968
Essentie
Prejudiciële vragen over herziening bij levering door overheidsorgaan van investeringsgoed
Samenvatting
Voortzetting zaak HR BNB 2000/35*. Belanghebbende, een waterschap, laat in 1988 een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) bouwen. Op 21 december 1994 draagt het de economische eigendom van de RWZI over aan een door hem opgerichte stichting. Partijen bij deze overeenkomst opteren voor een belaste levering, waarna belanghebbende herziening vraagt van de aan hem ter zake van de bouw van de RWZI in rekening gebrachte omzetbelasting.
HR: Het kan worden betwijfeld of indien de RWZI uitsluitend voor overheidshandelingen is gebruikt, belanghebbende een levering als belastingplichtige in de zin ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.