BNB 2006/124
Zaak Arthur Andersen. Backoffice-activiteiten niet aan te merken als met handelingen ter zake van verzekering samenhangende diensten, verricht door een verzekeringsagent
HvJ EG 03-03-2005, ECLI:EU:C:2005:135, m.nt. M.E. van Hilten
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
3 maart 2005
- Magistraten
Jann; Lenaerts; Colneric; Schiemann; Juhász
- Zaaknummer
C-472/03
- Conclusie
A-G Poiares Maduro
- Noot
M.E. van Hilten
- LJN
AV2708
- JCDI
JCDI:ADS233874:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2005:135, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 03‑03‑2005
ECLI:EU:C:2005:8, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 12‑01‑2005
- Wetingang
Art. 13, letter B, onderdeel a, Zesde BTW-Richtlijn
Essentie
Zaak Arthur Andersen. Backoffice-activiteiten niet aan te merken als met handelingen ter zake van verzekering samenhangende diensten, verricht door een verzekeringsagent
Samenvatting
Voortzetting zaak HR, BNB 2004/66c*.
Een onderdeel van belanghebbende (een fiscale eenheid) verricht op grond van een partageovereenkomst backoffice-activiteiten (acceptatie aanvragen, behandeling polismutaties, behandeling claims, opbouw en beheer informatietechnologie, etc.) voor een verzekeringsonderneming. De levensverzekeringsovereenkomsten worden door de verzekeringsonderneming op eigen naam gesloten. De Hoge Raad stelt prejudiciële vragen over de uitleg van het begrip 'samenhangende diensten, verricht door assurantiemakelaars of verzekeringsagenten'.
HvJ EG: Hoewel de door belanghebbende verleende diensten bijdragen tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.