Het legaliteitsbeginsel en de doorwerking van Europees recht in het Nederlandse materiële strafrecht
Einde inhoudsopgave
Het legaliteitsbeginsel en de doorwerking van Europees recht (Meijers-reeks) 2016/7.3:7.3 Het verbod van terugwerkende kracht in het Europees recht
Het legaliteitsbeginsel en de doorwerking van Europees recht (Meijers-reeks) 2016/7.3
7.3 Het verbod van terugwerkende kracht in het Europees recht
Documentgegevens:
J.G.H. Altena, datum 01-09-2015
- Datum
01-09-2015
- Auteur
J.G.H. Altena
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Ten aanzien van het verbod van terugwerkende kracht moet worden onderscheiden tussen de vraag of EU-wetgeving zelf terugwerkende kracht kan hebben, en of omzettingswetgeving dat kan hebben. Beide vragen worden in deze paragraaf beantwoord. Bovendien komt kort de EVRM-rechtspraak aan de orde. Die is met name relevant omdat daarin een kader wordt geschetst voor de mogelijke toepassing met terugwerkende kracht van strafbepalingen op voortdurende delicten, een thema dat door het Hof van Justitie nog niet is geregeld.
7.3.1 Terugwerkende kracht van Europese regelgeving7.3.2 Terugwerkende kracht van omzettingswetgeving7.3.3 Terugwerkende kracht in het EVRM