NJB 2023/1974
Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Klacht. Algeheel rookverbod. Hoge Raad: De klacht houdt onder meer in dat de instelling met het invoeren en handhaven van een algeheel rookverbod, onder instandhouding van het beperktere rookverbod in de huisregels, in strijd heeft gehandeld met art. 8:15 Wvggz. Betrokkene kon een klacht daarover indienen en het oordeel van de rechter vragen.
HR 07-07-2023, ECLI:NL:HR:2023:1048
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 juli 2023
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, K. Teuben
- Zaaknummer
23/01242
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1048, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑07‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:545, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑05‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑03‑2023
- Wetingang
Essentie
Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Klacht. Algeheel rookverbod. Hoge Raad: De klacht houdt onder meer in dat de instelling met het invoeren en handhaven van een algeheel rookverbod, onder instandhouding van het beperktere rookverbod in de huisregels, in strijd heeft gehandeld met art. 8:15 Wvggz. Betrokkene kon een klacht daarover indienen en het oordeel van de rechter vragen.
Partij(en)
Betrokkene, adv. mr. M.A.M. Wagemakers, vs. de instelling, niet verschenen.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Betrokkene is met een zorgmachtiging opgenomen in een accommodatie van de instelling.
In de huisregels van de instelling is bepaald dat voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.