Einde inhoudsopgave
Provinciewet
Artikel 152 [Overdracht bevoegdheden]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2022
- Bronpublicatie:
15-12-2021, Stb. 2022, 18 (uitgifte: 18-01-2022, kamerstukken: 35513)
- Inwerkingtreding
01-07-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-03-2022, Stb. 2022, 128 (uitgifte: 30-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
Provinciale staten kunnen aan gedeputeerde staten en aan een door hen ingestelde bestuurscommissie bevoegdheden overdragen, tenzij de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet
2.
Provinciale staten kunnen in ieder geval niet overdragen de bevoegdheid tot:
- a.
de instelling van een onderzoek als bedoeld in artikel 151a, eerste lid, of artikel 151g, eerste lid;
- b.
de vaststelling of wijziging van de begroting, bedoeld in artikel 193;
- c.
de vaststelling van de jaarrekening, bedoeld in artikel 202;
- d.
het stellen van straf op overtreding van de provinciale verordeningen;
- e.
de vaststelling van de verordeningen, bedoeld in de artikelen 216, eerste lid, 217, eerste lid en 217a, eerste lid;
- f.
de aanwijzing van een of meer accountants, bedoeld in artikel 217, tweede lid;
- g.
de heffing van andere belastingen dan de rechten, bedoeld in artikel 223, eerste lid, en de rechten waarvan de heffing krachtens andere wetten dan deze wet geschiedt.
3.
De bevoegdheid tot het vaststellen van verordeningen, door strafbepaling of bestuursdwang te handhaven, kunnen provinciale staten slechts overdragen voor zover het betreft de vaststelling van nadere regels met betrekking tot bepaalde door hen in hun verordeningen aangewezen onderwerpen.
4.
Artikel 19 van de Bekendmakingswet is van overeenkomstige toepassing op een besluit dat wordt genomen op grond van het eerste lid.