Einde inhoudsopgave
Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 [Sint Maarten]
Artikel 12 [Herleiding bij afwijkend belastingtijdvak]
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Deze landsverordening verkrijgt de status van landsverordening van Sint Maarten. Voorheen landsverordening van de Nederlandse Antillen. De tekst van dit artikel, zoals deze luidde op 01-01-2012 is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
20-12-2010, Afkondigingsblad van Sint Maarten 2010, 30 (uitgifte: 20-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2010, Afkondigingsblad van Sint Maarten 2010, 30 (uitgifte: 20-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Sint Maarten
1.
De belasting wordt geheven over het in enig kalenderjaar genoten belastbaar inkomen. Heeft de belastingplicht slechts gedurende een gedeelte van het kalenderjaar bestaan, dan treedt dit gedeelte (belastingtijdvak) daarvoor in de plaats. Ter berekening van de dan verschuldigde belasting wordt het in het belastingtijdvak genoten zuiver inkomen, voorzover hierop het bepaalde in artikel 24, tweede lid, niet wordt toegepast en met uitzondering van het inkomen, bedoeld in artikel 11, tiende en elfde lid, herleid tot een voljaarsinkomen. Van de hierover volgens het eerste lid van artikel 24 verschuldigde belasting, na vermindering van de in artikel 24A bedoelde bedragen, is zoveel driehonderdzestigsten verschuldigd als het aantal dagen bedraagt waarover in het kalenderjaar belastingplicht heeft bestaan.
Bij de toepassing van het bovenstaande wordt iedere volle maand op dertig dagen en het jaar op 360 gesteld, terwijl de dag waarop een belastingtijdvak begint voor een volle dag wordt gerekend en de dag waarop een belastingtijdvak eindigt wordt verwaarloosd.
2.
Is het in het vorige lid bedoelde herleide voljaarsinkomen naar het oordeel van de Inspecteur aanzienlijk hoger dan het inkomen dat, had de belastingplicht het gehele kalenderjaar bestaan, naar schatting in dat jaar zou zijn genoten, dan bepaalt evengenoemde autoriteit de verschuldigde belasting in afwijking van het bepaalde in het eerste lid aan de hand van de formule:
verschuldigde belasting = (belastbaar inkomen genoten in het belastingtijdvak / geschatte jaarinkomen) × de belasting van het geschatte jaarinkomen volgens het tarief van het eerste lid van artikel 24.
3.
Bij de toepassing van dit artikel worden de bedragen, genoemd in de artikelen 9, derde lid, 16, eerste lid, onderdelen c en h, en het vierde lid, en artikel 16A, eerste lid, onderdeel e, het tweede lid, onderdeel c, en het vijfde lid, onderdeel a evenredig toegepast voor het belastingtijdvak waarover de belastingplicht heeft bestaan.