RvdW 2015/311
Wettelijke verhoging wegens vertraging in loonbetaling ex art. 7:625 lid 1 BW; cumulatie wettelijke verhoging en wettelijke rente; kan na toewijzing van wettelijke verhoging daarover in afzonderlijk geding wettelijke rente worden gevorderd?; misbruik van procesrecht; afstand van recht; rechtsverwerking.
HR 13-02-2015, ECLI:NL:HR:2015:304
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 februari 2015
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
14/00721
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:304, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑02‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2199, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑01‑2014
- Wetingang
Art. 7:625 BW
Essentie
Wettelijke verhoging wegens vertraging in loonbetaling ex art. 7:625 lid 1 BW; cumulatie wettelijke verhoging en wettelijke rente; kan na toewijzing van wettelijke verhoging daarover in afzonderlijk geding wettelijke rente worden gevorderd?; misbruik van procesrecht; afstand van recht; rechtsverwerking.
Art. 7:625 lid 1 BW geeft een werknemer onder bepaalde voorwaarden aanspraak op verhoging van het loon wegens vertraging in de loonbetaling. De rechter kan deze verhoging beperken tot een bedrag dat hem in de omstandigheden van het geval billijk voorkomt. Een vordering tot betaling van de verhoging kan worden gecombineerd met een vordering tot vergoeding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.