NJ 2010/416
Wet politieregisters (vervallen per 1 januari 2008); audiogegevens van tapgesprekken onderdeel tijdelijk politieregister in zin art. 13 juncto art. 1?; evaluatiecoderingen persoonsgegevens in zin art. 1?; weigeringsgrond art. 21 lid 1?; stelplicht.
HR 09-07-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM2311
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juli 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
09/02632
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BM2311
- JCDI
JCDI:ADS127199:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Politierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM2311, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM2311, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑04‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑07‑2009
- Wetingang
Essentie
Wet politieregisters (vervallen per 1 januari 2008); audiogegevens van tapgesprekken onderdeel tijdelijk politieregister in zin art. 13 juncto art. 1?; evaluatiecoderingen persoonsgegevens in zin art. 1?; weigeringsgrond art. 21 lid 1?; stelplicht.
Niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting omtrent het begrip politieregister of register in art. 1 lid 1, aanhef en onder c, Wet politieregisters (vervallen per 1 januari 2008) geeft ’s hofs oordeel dat de audiogegevens van tapgesprekken moeten worden aangemerkt als onderdeel van het litigieuze tijdelijk politieregister nu het immers betreft een samenhangende verzameling van op verschillende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.