Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 515/2014 vaststelling instrument voor financiële steun voor de buitengrenzen en visa
Artikel 10 Operationele steun in het kader van de nationale programma's van de lidstaten
Geldend
Geldend vanaf 21-05-2014
- Bronpublicatie:
16-04-2014, PbEU 2014, L 150 (uitgifte: 20-05-2014, regelingnummer: 515/2014)
- Inwerkingtreding
21-05-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-04-2014, PbEU 2014, L 150 (uitgifte: 20-05-2014, regelingnummer: 515/2014)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Overheidsfinanciën / EU-financiën
1.
Een lidstaat kan tot 40 % van het in het kader van het Instrument aan zijn nationaal programma toegewezen bedrag gebruiken voor de financiering van operationele steun aan de overheidsinstanties die verantwoordelijk zijn voor het vervullen van de taken en diensten die een openbare dienstverlening ten bate van de Unie vormen.
2.
Operationele steun wordt verleend indien door de betrokken lidstaat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- a)
naleving van het acquis van de Unie inzake grenzen en visa;
- b)
naleving van de doelstellingen van het nationaal programma;
- c)
naleving van de gemeenschappelijke normen van de Unie teneinde de coördinatie tussen de lidstaten te verbeteren en overlapping, versplintering en kosteninefficiëntie op het gebied van grenscontrole te voorkomen.
3.
Daartoe evalueert de Commissie vóór goedkeuring van het nationaal programma de basissituatie in de lidstaten die hun intentie te kennen hebben gegeven om operationele steun aan te vragen, daarbij in voorkomend geval rekening houdend met de Schengenevaluatieverslagen.
De bevindingen van de Commissie worden besproken met de betrokken lidstaat.
Na deze gedachtewisseling kan de aanvaarding door de Commissie van begrotingssteun binnen het nationaal programma van een lidstaat afhankelijk worden gesteld van de programmering en uitvoering van een aantal acties die tot doel hebben dat de voorwaarden van lid 2 volledig worden nageleefd tegen het tijdstip waarop de begrotingssteun wordt verstrekt.
4.
Operationele steun wordt geconcentreerd op specifieke taken en/of diensten en gericht op de doelstellingen van bijlage III. Operationele steun behelst de volledige terugbetaling van de uitgaven voor de taken en/of diensten volgens het nationaal programma, binnen de financiële beperkingen van het programma en het plafond dat is vastgesteld in lid 1.
5.
Op de operationele steun wordt toezicht uitgeoefend en erover wordt van gedachten gewisseld tussen de Commissie en de betrokken lidstaat in verband met de basissituatie in die lidstaat, de te bereiken doelstellingen en het opzet en de indicatoren voor het meten van de vooruitgang.
6.
De Commissie stelt door middel van uitvoeringshandelingen verslagleggingsprocedures vast over de uitvoering van deze bepaling alsook alle andere praktische regelingen tussen de lidstaten en de Commissie voor de naleving van dit artikel. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 18, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.