Einde inhoudsopgave
RvdW 2012/375
Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt m.b.t. strafmaat.
HR 28-02-2012, ECLI:NL:HR:2012:BT1816
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 februari 2012
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos, Y. Buruma
- Zaaknummer
S 10/03336
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BT1816
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BT1816, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑02‑2012
- Wetingang
Svart. 359 lid 2; Sr art. 9a
Essentie
Het hof had moeten motiveren waarom het afweek van het uitdrukkelijk onderbouwde standpunt dat art. 9a Sr moest worden toegepast.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, zitting houdende te Leeuwarden, van 21 juni 2010, nummer 24/002617-07, in de strafzaak tegen: V. Adv. mr. N. van Schaik, te Utrecht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Machielse:
1.
Het Gerechtshof te Arnhem, zitting houdende te Leeuwarden, heeft bij arrest van 21 juni 2010 wat betreft de bewezenverklaring1., de kwalificatie van het feit en de strafbaarheid van de verdachte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.