Einde inhoudsopgave
Besluit Buitengewoon Strafrecht
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 04-09-1944
- Bronpublicatie:
22-12-1943, Stb. 1944, D 61 (uitgifte: 04-09-1944, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
04-09-1944
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1943, Stb. 1944, D 61 (uitgifte: 04-09-1944, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Financiën
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Bijzonder strafrecht / Militair strafrecht en strafprocesrecht
In geval van eenig misdrijf, waarop de bepalingen van dit besluit van toepassing zijn, omdat de schuldige gebruik heeft gemaakt of heeft gedreigd te maken van macht, gelegenheid of middel, hem door den vijand of door het feit der vijandelijke bezetting geboden, kan de rechter bepalen, dat geen straf wordt toegepast, indien blijkt, dat de schuldige het feit heeft begaan om den vijand te benadeelen of door of vanwege den vijand of diens helpers beraamde maatregelen te beletten, belemmeren of verijdelen.