Einde inhoudsopgave
Verzamelbesluit pensioenen
4.3 Overschrijden van de 100%-grens prepensioen door indexatie of waardeoverdracht (artikel 38a, zevende lid, Wet LB (oud))
Geldend
Geldend vanaf 11-07-2023. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
27-06-2023, Stcrt. 2023, 18570 (uitgifte: 10-07-2023, regelingnummer: 2023-13641)
- Inwerkingtreding
11-07-2023, terugwerkend tot: 01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-06-2023, Stcrt. 2023, 18570 (uitgifte: 10-07-2023, regelingnummer: 2023-13641)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Pensioenregeling
Een prepensioen kan niet meer bedragen dan 100% van het pensioengevend loon. Dat geldt ook als de bepalingen over de toegestane overschrijdingen van de in de Wet LB opgenomen maxima van overeenkomstige toepassing zijn (zie artikel 38a, zevende lid Wet LB (oud), en artikel 18d Wet LB (tekst 30 juni 2023). Toepassing van artikel 18d Wet LB (tekst 30 juni 2023) mag dus niet leiden tot een hoger prepensioen dan 100% van het pensioengevend loon. Volgens de letter van de wet is deze 100%-grens van toepassing voor alle in artikel 18d Wet LB (tekst 30 juni 2023) genoemde mogelijkheden.
Onverkorte toepassing van dit wettelijke uitgangspunt kan onredelijk uitwerken in de gevallen dat sprake is van:
- –
aanpassing van het prepensioen aan de loon- of prijsontwikkeling (indexatie); of
- –
overdracht van pensioenkapitaal aan een prepensioenregeling.
In deze gevallen heeft de werknemer namelijk de overschrijding niet (volledig) in eigen hand. Het gevolg hiervan kan zijn dat een werknemer die deelneemt aan een prepensioenregeling op basis van een middelloon- of eindloonstelsel zijn prepensioen niet kan optimaliseren door indexatie of waardeoverdracht. Bij de andere overschrijdingen die artikel 18d Wet LB (tekst 30 juni 2023) noemt, heeft de werknemer wel zelf invloed op de overschrijding (variabilisering en uitruil), of is die niet relevant voor het prepensioen (aanpassen ingangsdatum ouderdomspensioen in pensioenregeling aan verhoging wettelijke pensioenrichtleeftijd).
Deze uitwerking acht ik ongewenst daarom keur ik met toepassing van artikel 63 AWR (hardheidsclausule) het volgende goed.
Goedkeuring
Ik keur goed dat de 100%-grens van artikel 38a, zevende lid, Wet LB (oud) niet geldt voor de toepassing van artikel 18d, eerste lid, onderdelen a (indexatie) en c (waardeoverdracht), Wet LB (tekst 30 juni 2023).