Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2023/1114 betreffende cryptoactivamarkten en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 1095/2010 en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU) 2019/1937
Artikel 140 Verslagen over de toepassing van deze verordening
Geldend
Geldend vanaf 29-06-2023
- Bronpublicatie:
31-05-2023, PbEU 2023, L 150 (uitgifte: 09-06-2023, regelingnummer: 2023/1114)
- Inwerkingtreding
29-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-05-2023, PbEU 2023, L 150 (uitgifte: 09-06-2023, regelingnummer: 2023/1114)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Informatierecht / ICT
1.
Uiterlijk op 30 juni 2027 dient de Commissie, na raadpleging van de EBA en de ESMA, een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad over de toepassing van deze verordening, in voorkomend geval vergezeld van een wetgevingsvoorstel. Uiterlijk op 30 juni 2025 wordt een tussentijds verslag ingediend, in voorkomend geval vergezeld van een wetgevingsvoorstel.
2.
De in lid 1 bedoelde verslagen omvatten het volgende:
- a)
het aantal uitgiften van cryptoactiva in de Unie, het aantal bij de bevoegde autoriteiten ingediende of ter kennis gebrachte cryptoactivawitboeken, het type uitgegeven cryptoactiva en hun marktkapitalisatie, en het aantal tot de handel toegelaten cryptoactiva;
- b)
een beschrijving van de ervaringen met de classificatie van cryptoactiva, met inbegrip van mogelijke verschillen in benaderingen door bevoegde autoriteiten;
- c)
een beoordeling van de noodzaak van de invoering van een goedkeuringsmechanisme voor cryptoactivawitboeken voor andere cryptoactiva dan activagerelateerde tokens en e-moneytokens;
- d)
een schatting van het aantal ingezetenen in de Unie dat gebruikmaakt van of belegt in cryptoactiva die in de Unie zijn uitgegeven;
- e)
indien mogelijk, een schatting van het aantal ingezetenen in de Unie dat gebruikmaakt van of belegt in cryptoactiva die buiten de Unie worden uitgegeven, en een toelichting bij de beschikbaarheid van gegevens daarover;
- f)
het aantal en de waarde van gevallen van fraude, oplichting, hacks, het gebruik van cryptoactiva voor betalingen die verband houden met ransomwareaanvallen, cyberaanvallen, gevallen van diefstal of verlies van cryptoactiva die in de Unie worden gemeld, de soorten frauduleus gedrag, het aantal klachten dat aanbieders van cryptoactivadiensten en uitgevers van activagerelateerde tokens hebben ontvangen, het aantal klachten dat bevoegde autoriteiten hebben ontvangen en het voorwerp van de ontvangen klachten;
- g)
het aantal uitgevers van activagerelateerde tokens en een analyse van de reserveactiva, de omvang van de activareserves en het volume betalingen in activagerelateerde tokens;
- h)
het aantal uitgevers van significante activagerelateerde tokens en een analyse van de reserveactiva, de omvang van de activareserves en het volume in significante activagerelateerde tokens gedane betalingen;
- i)
het aantal uitgevers van e-moneytokens dat beschikt over een vergunning en een analyse van de officiële valuta waarnaar de e-moneytokens verwijzen, de samenstelling en de omvang van de overeenkomstig artikel 54 gestorte of belegde geldmiddelen en het volume in e-moneytokens gedane betalingen;
- j)
het aantal uitgevers van significante e-moneytokens dat beschikt over een vergunning en een analyse van de officiële valuta waarnaar de significante e-moneytokens verwijzen en, voor elektronischgeldinstellingen die significante e-moneytokens uitgeven, een analyse van de categorieën reserveactiva, de omvang van de activareserves en het volume in significante activagerelateerde tokens gedane betalingen;
- k)
het aantal significante aanbieders van cryptoactivadiensten;
- l)
een beoordeling van het functioneren van de cryptoactivamarkten in de Unie, met inbegrip van de evolutie en trends op de markt, rekening houdende met de ervaring van de toezichthoudende autoriteiten, het aantal vergunninghoudende aanbieders van cryptoactivadiensten en hun respectieve gemiddelde marktaandeel;
- m)
een beoordeling van het beschermingsniveau van cryptoactivahouders en cliënten van aanbieders van cryptoactivadiensten, met name individuele houders;
- n)
een beoordeling van frauduleuze reclame-uitingen en oplichting met cryptoactiva die plaatsvinden via socialemedianetwerken;
- o)
een beoordeling van de vereisten die van toepassing zijn op uitgevers van cryptoactiva en aanbieders van cryptoactivadiensten, en het effect daarvan op de operationele veerkracht, de marktintegriteit, de financiële stabiliteit en de bescherming van cliënten en cryptoactivahouders;
- p)
een evaluatie van de toepassing van artikel 81 en van de mogelijkheid om geschiktheidstests in te voeren in de artikelen 78, 79 en 80 om cliënten van aanbieders van cryptoactivadiensten, met name individuele houders, beter te beschermen;
- q)
een beoordeling van de vraag of het door deze verordening bestreken scala aan cryptoactivadiensten passend is, of de in deze verordening uiteengezette definities eventueel moeten worden aangepast, en of eventuele bijkomende innovatieve vormen van cryptoactiva in het toepassingsgebied van deze verordening moeten worden opgenomen;
- r)
een beoordeling van de vraag of de prudentiële vereisten voor aanbieders van cryptoactivadiensten passend zijn en of zij moeten worden afgestemd op de vereisten inzake aanvangskapitaal en eigen vermogen die van toepassing zijn op beleggingsondernemingen uit hoofde van Verordening (EU) 2019/2033 van het Europees Parlement en de Raad (1) en Richtlijn (EU) 2019/2034 van het Europees Parlement en de Raad (2);
- s)
een beoordeling van de geschiktheid van de drempels voor de classificatie van activagerelateerde tokens en e-moneytokens als zijnde significant, zoals uiteengezet in artikel 43, lid 1, punten a), b) en c) van deze verordening, alsook een beoordeling van de vraag of de drempels periodiek moeten worden geëvalueerd;
- t)
een beoordeling van de ontwikkeling van gedecentraliseerde financiering (decentralised financing) op cryptoactivamarkten en van de passende regelgevende behandeling van gedecentraliseerde cryptoactivasystemen;
- u)
een beoordeling van de geschiktheid van de drempels om aanbieders van cryptoactivadiensten overeenkomstig artikel 85 als significant te beschouwen, en een beoordeling van de vraag of de drempels periodiek moeten worden geëvalueerd;
- v)
een beoordeling van de vraag of op grond van deze verordening een gelijkwaardigheidsregeling moet worden ingesteld voor entiteiten uit derde landen die cryptoactivadiensten aanbieden, uitgevers van activagerelateerde tokens uit derde landen of uitgevers van e-moneytokens uit derde landen;
- w)
een beoordeling van de vraag of de vrijstellingen op grond van de artikelen 4 en 16 passend zijn;
- x)
een beoordeling van het effect van deze verordening op het goede functioneren van de interne cryptoactivamarkt, met inbegrip van het eventuele effect op de toegang tot financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen en op de ontwikkeling van nieuwe betaalmiddelen, waaronder betaalinstrumenten;
- y)
een beschrijving van ontwikkelingen in bedrijfsmodellen en technologieën op cryptoactivamarkten, met bijzondere aandacht voor de milieu- en klimaatgerelateerde effecten van nieuwe technologieën, alsook een beoordeling van de beleidsopties en indien nodig aanvullende maatregelen die gerechtvaardigd kunnen zijn ter beperking van de negatieve gevolgen voor het klimaat en andere milieugerelateerde negatieve effecten van de op cryptoactivamarkten gebruikte technologieën, en met name de consensusmechanismen die worden gebruikt om transacties in cryptoactiva te valideren;
- z)
een inschatting of aanpassingen nodig zijn van de in deze verordening uiteengezette maatregelen voor het beschermen van cliënten en cryptoactivahouders, de marktintegriteit en de financiële stabiliteit;
- a bis)
de toepassing van administratieve sancties en andere administratieve maatregelen;
- a ter)
een evaluatie van de samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten, de EBA, de ESMA, de centrale banken en andere relevante autoriteiten, onder meer met betrekking tot de interactie van hun verantwoordelijkheden of taken, en een beoordeling van de voor- en nadelen van het feit dat de bevoegde autoriteiten of de EBA voor het toezicht op grond van deze verordening verantwoordelijk zijn;
- a quater)
een evaluatie van de samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten en de ESMA met betrekking tot het toezicht op significante aanbieders van cryptoactivadiensten, en een beoordeling van de voor- en nadelen van het feit dat respectievelijk de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de ESMA verantwoordelijk zijn voor het toezicht op significante aanbieders van cryptoactivadiensten op grond van deze verordening;
- a quinquies)
de kosten voor uitgevers van andere cryptoactiva dan activagerelateerde tokens en e-moneytokens om aan deze verordening te voldoen als percentage van het met uitgiften van cryptoactiva opgehaalde bedrag;
- a sexies)
de kosten voor uitgevers van activagerelateerde tokens en uitgevers van e-moneytokens om aan deze verordening te voldoen als percentage van hun operationele kosten;
- a septies)
de kosten voor aanbieders van cryptoactivadiensten om aan deze verordening te voldoen als percentage van hun operationele kosten;
- a octies)
het aantal en het bedrag van administratieve geldboeten en strafrechtelijke sancties die voor inbreuken op deze verordening door bevoegde autoriteiten en door de EBA zijn opgelegd.
3.
In voorkomend geval worden de in het in lid 1 van dit artikel bedoelde verslagen ook follow-up gegeven aan de onderwerpen die in de in de artikelen 141 en 142 bedoelde verslagen aan de orde komen.
Voetnoten
Verordening (EU) 2019/2033 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende prudentiële vereisten voor beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010, (EU) nr. 575/2013, (EU) nr. 600/2014 en (EU) nr. 806/2014 (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 1).
Richtlijn (EU) 2019/2034 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende het prudentiële toezicht op beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijnen 2002/87/EG, 2009/65/EG, 2011/61/EU, 2013/36/EU, 2014/59/EU en 2014/65/EU (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 64).