De dwangsom in het burgerlijk recht
Einde inhoudsopgave
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/3.4.1:3.4.1 Algemeen
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/3.4.1
3.4.1 Algemeen
Documentgegevens:
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem, datum 19-12-2006
- Datum
19-12-2006
- Auteur
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem
- JCDI
JCDI:ADS377916:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Kamerstukken II 1931/32, 338, p. 8 (V VII).
GMvT, p. 16.
Blijkens de GMvT komt de dwangsom in wezen overeen met de gijzeling in het burgerlijk recht en handelsrecht.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Bij een onderzoek naar de aard van de dwangsom is het zinvol om ook de werking van de lijfsdwang - als enig ander indirect executiemiddel - aan een onderzoek te onderwerpen. In de wetsgeschiedenis komt het verband tussen beide executiemiddelen uitdrukkelijk naar voren: zowel in de Toelichting bij de oude wettelijke regeling in de art. 611a en 611b Rv,1 als in de Gemeenschappelijke Toelichting bij de Beneluxregeling2 wordt voor wat betreft het karakter van de dwangsom naar de van vroegere datum daterende lijfsdwang verwezen.3