Proceskostenveroordeling en toegang tot de rechter in IE-zaken
Einde inhoudsopgave
Proceskostenveroordeling en toegang tot de rechter in IE-zaken (BPP nr. XIX) 2017/184:184 De rol van het Hof van Justitie EU
Proceskostenveroordeling en toegang tot de rechter in IE-zaken (BPP nr. XIX) 2017/184
184 De rol van het Hof van Justitie EU
Documentgegevens:
C.J.S. Vrendenbarg, datum 15-12-2017
- Datum
15-12-2017
- Auteur
C.J.S. Vrendenbarg
- JCDI
JCDI:ADS580210:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Dat volgt ook expliciet uit art. 19 lid 1 VEU: ‘Het Hof van Justitie van de Europese Unie omvat het Hof van Justitie, het Gerecht en gespecialiseerde rechtbanken. Het verzekert de eerbiediging van het recht bij de uitlegging en toepassing van de Verdragen.’
Hoofdstuk 2; zie C.J.S. Vrendenbarg, annotatie bij HvJ EU 28 juli 2016, ECLI:EU: C:2016:611, C-57/15, IER 2016/54 (United Video Properties/Telenet).
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het is niet alleen de Europese wetgever die waarborgen dient te stellen voor een meer uniforme en Handvestconforme uitleg van EU-recht. Ook het Europese Hof van Justitie – als hoogste rechtsprekende orgaan dat belast is met de uitleg van EU- recht – moet dit tot zijn takenpakket rekenen.1 Zoals in hoofdstuk 3 en par. 9.2. aan de orde is gesteld, volgt uit de rechtspraak dat het HvJ EU bij de uitleg van de Handhavingsrichtlijn weliswaar steeds vaker acht slaat op het Handvest, maar dat nog niet kan worden gesproken van een consistente lijn. In dit verband is gewezen op het arrest United Video Properties/Telenet waarin de uitleg van art. 14 IE-Handhavingsrichtlijn centraal stond. Hoewel verwijzingen naar art. 47 Handvest en het rechtszekerheidsbeginsel voor de hand lagen (en ook uitgebreid waren behandeld door A-G Campos), liet het HvJ EU deze wezenlijke en relevante aspecten van EU-recht onbesproken. Een verklaring hiervoor is gevonden in de formulering van de prejudiciële vragen en het onderwerp daarvan.2 Niettemin zou het vanuit het oogpunt van consistentie en coherentie aanbeveling verdienen dat het HvJ EU – conform zijn eerdere rechtspraak en conform ov. 32 considerans – in de gevallen waarin de uitleg van de Handhavingsrichtlijn centraal staat zoveel mogelijk de grondrechten en de beginselen die de grondslag van de samenwerking binnen de EU vormen in acht neemt.
Vanzelfsprekend dient daartoe wel een beroep te worden gedaan op de interpretatieve taak van het HvJ EU. De bereidheid van de nationale rechter om vragen te stellen aan het HvJ EU is derhalve bepalend voor de mate waarin het HvJ EU kan bijdragen aan een uniforme en Handvestconforme uitleg van de Handhavingsrichtlijn.