Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/356
Medeplegen van witwassen van meerdere panden en van grote geldbedragen (art. 420bis Sr). Middelen m.b.t. 1. de strafmotivering en 2. het niet beslissen op een verzoek dat de verdediging op de terechtzitting in h.b. heeft gedaan om een reclasseringsrapportage op te laten maken. HR: Ad 1. Vaststelling van het hof dat verdachte eerder is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten is niet begrijpelijk, omdat het uittreksel waarnaar het hof verwijst daarvoor geen steun biedt. De strafoplegging is daarom ontoereikend gemotiveerd. Ad 2. Verzoek dat verdediging heeft gedaan, is een verzoek tot het laten opmaken van een reclasseringsrapportage a.b.i. art. 310 jo. art. 147 en 328 Sv, zodat een uitdrukkelijke beslissing op dit verzoek was vereist. Het p-v van de terechtzitting in h.b. en ook de uitspraak van het hof houden echter niet een beslissing in op dit verzoek. Volgt vernietiging en terugwijzing. Samenhang met 19/02131, 19/02132, 19/02135, 19/02163, 19/02224 en 19/02238.
HR 16-03-2021, ECLI:NL:HR:2021:383
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 maart 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, J.C.A.M. Claassens, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
20/00970
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:383, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:254, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑01‑2021
Essentie
Medeplegen van witwassen van meerdere panden en van grote geldbedragen (art. 420bis Sr). Middelen m.b.t. 1. de strafmotivering en 2. het niet beslissen op een verzoek dat de verdediging op de terechtzitting in h.b. heeft gedaan om een reclasseringsrapportage op te laten maken. HR: Ad 1. Vaststelling van het hof dat verdachte eerder is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten is niet begrijpelijk, omdat het uittreksel waarnaar het hof verwijst daarvoor geen steun biedt. De strafoplegging is daarom ontoereikend gemotiveerd. Ad 2. Verzoek dat verdediging heeft gedaan, is een verzoek tot het laten opmaken van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.