Einde inhoudsopgave
Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft
Artikel 7:16
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
11-12-2017, Stcrt. 2017, 72502 (uitgifte: 19-12-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2017, Stcrt. 2017, 72502 (uitgifte: 19-12-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
Een beleggingsonderneming die een beleggingsdienst verleent als bedoeld in onderdeel b of c van de definitie van verlenen van een beleggingsdienst in artikel 1:1 van de wet, kan voldoen aan het vereiste dat zij adequate maatregelen treft ter bescherming van de rechten van cliënten op aan hen toebehorende gelden of financiële instrumenten en ter voorkoming van het ongeoorloofd gebruik daarvan als bedoeld in artikel 4:87, eerste lid, van de wet door het sluiten van een overeenkomst met de cliënt, waarin tenminste is bepaald dat:
- a.
de gelden en financiële instrumenten die een cliënt toebehoren en waarop de diensten van de beleggingsonderneming betrekking hebben, worden aangehouden op een of meer rekeningen ten name van de cliënt bij een bank;
- b.
creditering of debitering van de rekening in financiële instrumenten van de cliënt uitsluitend geschiedt tegen gelijktijdige debitering of creditering van het ingevolge de nota te ontvangen of verschuldigde bedrag op de daarvoor bestemde geldrekening van de cliënt; en
- c.
de beleggingsonderneming uitsluitend bevoegd is om over de in onderdeel a bedoelde gelden en financiële instrumenten te beschikken voorzover dit noodzakelijk is ter uitvoering van de diensten van de beleggingsonderneming voor de cliënt.
2.
Dit artikel is niet van toepassing op beleggingsondernemingen die voor de uitoefening van het bedrijf van bank een door de Europese Centrale Bank of de Nederlandsche Bank verleende vergunning hebben of voor de uitoefening van het bedrijf van financiële instelling een door de Nederlandsche Bank verleende verklaring van ondertoezichtstelling hebben.