NJ 2023/58
Oordeel dat verzoek horen getuigen onvoldoende is onderbouwd en dat daarom verdedigingsbelang bij het horen ontbreekt, is niet onjuist.
HR 15-11-2022, ECLI:NL:HR:2022:1629, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 november 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
21/00263
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
J.M. Reijntjes
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS687552:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1629, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑11‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:711, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑08‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑08‑2021
- Wetingang
Essentie
Het oordeel dat erop neer komt dat — gelet op de regelgeving en op de verslaglegging van het verrichte ademanalyseonderzoek — het verzoek tot het horen van de getuigen (opsporingsambtenaren) onvoldoende is onderbouwd en dat daarom het verdedigingsbelang bij het horen van de verzochte getuigen ontbreekt, is niet onjuist.
Samenvatting
Het verzoek tot het horen als getuigen van de opsporingsambtenaren die het proces-verbaal van het verrichte ademanalyseonderzoek hebben opgesteld, over de vraag welke door het ademanalyseapparaat getoonde uitslag of uitslagen is of zijn gebruikt voor de vaststelling van het alcoholgehalte, is door het hof afgewezen. De Hoge Raad ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.