Handhaving van privaatrecht door toezichthouders
Einde inhoudsopgave
Handhaving van privaatrecht door toezichthouders (R&P nr. CA17) 2017/3.8.1:3.8.1 Inleiding
Handhaving van privaatrecht door toezichthouders (R&P nr. CA17) 2017/3.8.1
3.8.1 Inleiding
Documentgegevens:
mr. C.A. Hage, datum 01-12-2017
- Datum
01-12-2017
- Auteur
mr. C.A. Hage
- JCDI
JCDI:ADS446985:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Zoals onder meer in paragraaf 3.4.3 is besproken neemt de ACM maatregelen met civielrechtelijke gevolgen. Op grond van artikel 12.2 lid 1 Tw kan de ACM regels stellen als partijen nog geen overeenstemming hebben bereikt en op grond van het tweede lid kan de ACM bij geconstateerde strijdigheid met de Tw eveneens regels stellen. Deze regels kunnen onder meer inhouden het vaststellen van (maximum)tarieven. In deze paragraaf zullen de volgende vragen centraal staan. Als de ACM op grond van artikel 12.2 lid 1 Tw, besluiten, maatregelen en beslissingen neemt, wanneer treden deze dan in werking? In hoeverre kunnen deze besluiten terugwerken? Met terugwerkende kracht wordt bedoeld dat maatregelen terugwerken in de tijd. Ook komt de vraag aan de orde wat de (privaatrechtelijke) grondslag is van het criterium ‘strijd met hetgeen is bepaald bij of krachtens de Tw’ van het tweede lid in relatie tot het terzijde schuiven van de contractuele bepalingen. Het gaat hierbij met name om de verhouding tot artikel 3:40 BW.