Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/568
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Ongerechtvaardigde verrijking?
HR 04-05-2018, ECLI:NL:HR:2018:676
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 mei 2018
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.V. Polak, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/01356
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:676, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑05‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:203, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑03‑2018
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Ongerechtvaardigde verrijking?
Partij(en)
4 mei 2018
Eerste Kamer
17/01356
LZ/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[verzoeker], wonende te Aruba,
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: aanvankelijk mr. B.J. van Dorp en mr. S. Kousedghi, thans mr. S. Kousedghi,
t e g e n
[verweerder], wonende te Aruba,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] en [verweerder].
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.B. Rank-Berenschot:
1. Feiten en procesverloop
1.1
In cassatie kan worden uitgegaan van de volgende feiten.2.
(i) Op 23 februari 2000 heeft het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.