Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/924
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht. Omvang rechtsstrijd na cassatie en verwijzing. Vervolg op HR 5 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV6698 en HR 23 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2995.
HR 19-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1244
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 juli 2019
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
18/02025
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1244, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:499, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑05‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht. Omvang rechtsstrijd na cassatie en verwijzing. Vervolg op HR 5 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV6698 en HR 23 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2995.
Partij(en)
ARREST In de zaak van [eiser], wonende te [woonplaats], Bondsrepubliek Duitsland, EISER tot cassatie, hierna: [eiser], advocaat: mr. S.F. Sagel, tegen BASF NEDERLAND B.V., rechtsopvolgster van Beheer- en Beleggingsmaatschappij Grapofex B.V., gevestigd te Arnhem, VERWEERSTER in cassatie, hierna: BASF, advocaat: mr. H.J.W. Alt.
Conclusie
Conclusie A-G mr. B.J. Drijber:
Deze zaak is het vervolg op HR 5 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV6698 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.