JAR 2018/183
Wanneer wordt gedragslijn een (aanvullende) arbeidsvoorwaarde: HR geeft zes gezichtspunten.
HR 22-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:976
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 juni 2018
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, G. Snijders, M.V. Polak, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/00932
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:976, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:410, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑05‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑02‑2017
- Wetingang
Art. 7:611, 7:613 BW; art. 134 Rv, art. 6 EVRM
Essentie
FNV vordert dat Pontmeyer wordt veroordeeld de eenzijdige wijziging van de arbeidsvoorwaarden voor de boven-cao-werknemers (werknemers die een functiegroep hebben die uitstijgt boven functiegroep 8 van de CAO-Houthandel, en werknemers in de functieschalen 7 en 8 van de CAO-Houthandel die een salaris verdienen boven de cao-grens) ongedaan te maken. Het hof heeft de vorderingen afgewezen.
FNV klaagt in cassatie met succes dat, nu de comparitie in hoger beroep heeft plaatsgevonden ten overstaan van een raadsheer-commissaris en direct daarna het eindarrest is gewezen door drie raadsheren, in strijd is gehandeld met het onmiddellijkheidsbeginsel van art. 134 Rv ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.