Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 648/2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters
Artikel 18 College
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
23-10-2019, PbEU 2019, L 322 (uitgifte: 12-12-2019, regelingnummer: 2019/2099)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-10-2019, PbEU 2019, L 322 (uitgifte: 12-12-2019, regelingnummer: 2019/2099)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Uiterlijk 30 kalenderdagen na de indiening van een volledige aanvraag overeenkomstig artikel 17, richt de voor de CTP bevoegde autoriteit een college op dat zij beheert en voorzit, teneinde de uitvoering van de in de artikelen 15, 17, 30, 31, 32, 35, 49, 51 en 54 bedoelde taken te faciliteren.
2.
Het college bestaat uit:
- a)
de voorzitter of een van de onafhankelijke leden van het comité voor toezicht op CTP’s, als bedoeld in artikel 24 bis, lid 2, punt a), respectievelijk punt b);
- b)
de voor de CTP bevoegde autoriteit;
- c)
de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de clearingleden van de CTP die gevestigd zijn in de drie lidstaten met op geaggregeerde basis gedurende een periode van één jaar de grootste bijdragen aan het in artikel 42 van deze verordening bedoelde wanbetalingsfonds van de CTP, met inbegrip van, in voorkomend geval, de ECB in het kader van de overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad (1) aan de ECB toevertrouwde taken in verband met het prudentieel toezicht op kredietinstellingen binnen het gemeenschappelijk toezichtsmechanisme;
- c bis)
de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op andere clearingleden van de CTP dan die welke worden bedoeld in punt c), onder voorbehoud van de goedkeuring door de voor de CTP bevoegde autoriteit. Die bevoegde autoriteiten verzoeken de voor de CTP bevoegde autoriteit om toestemming voor deelname aan het college, met een motivering van hun verzoek op basis van hun beoordeling van de gevolgen die de financiële moeilijkheden van de CTP zouden kunnen hebben voor de financiële stabiliteit van hun respectieve lidstaat. Indien de voor de CTP bevoegde autoriteit geen gehoor geeft aan het verzoek, verstrekt zij een volledige en gedetailleerde schriftelijke motivering;
- d)
de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de door de CTP bediende handelsplatforms;
- e)
de bevoegde autoriteiten die toezicht uitoefenen op de CTP's waarmee interoperabiliteitsregelingen zijn getroffen;
- f)
de bevoegde autoriteiten die toezicht uitoefenen op de centrale effectenbewaarinstellingen waarbij de CTP is aangesloten;
- g)
de relevante leden van het ESCB die verantwoordelijk zijn voor de supervisie op de CTP en de relevante leden van het ESCB die verantwoordelijk zijn voor de supervisie op de CTP's waarmee interoperabiliteitsregelingen zijn getroffen;
- h)
de centrale banken die de belangrijkste EU-valuta's van de geclearde financiële instrumenten uitgeven;
- i)
andere centrale banken van uitgifte van de EU-valuta’s van de financiële instrumenten die door de CTP zijn gecleard of zullen worden gecleard dan die welke worden bedoeld in punt h), onder voorbehoud van de goedkeuring door de voor de CTP bevoegde autoriteit. Die centrale banken van uitgifte verzoeken de voor de CTP bevoegde autoriteit om toestemming voor deelname aan het college, met een motivering van hun verzoek op basis van hun beoordeling van de gevolgen die de financiële moeilijkheden van de CTP zouden kunnen hebben voor hun respectieve uitgegeven valuta. Indien de voor de CTP bevoegde autoriteit geen gehoor geeft aan het verzoek, verstrekt de voor de CTP bevoegde autoriteit een volledige en gedetailleerde schriftelijke motivering.
De voor de CTP bevoegde autoriteit publiceert op haar website een lijst van de leden van het college. Na elke wijziging in de samenstelling van het college wordt die lijst zonder onnodige vertraging door de voor de CTP bevoegde autoriteit geactualiseerd. Binnen 30 kalenderdagen na de oprichting van het college of de wijziging van de samenstelling ervan stelt de voor de CTP bevoegde autoriteit ESMA in kennis van die lijst. Na ontvangst van de kennisgeving door de voor de CTP bevoegde autoriteit publiceert ESMA zonder onnodige vertraging de lijst van de leden van dat college op haar website.
3.
De bevoegde autoriteit van een lidstaat die geen deel uitmaakt van het college, mag het college te verzoeken om alle informatie die relevant is voor de uitoefening van haar toezichttaken.
4.
Onverminderd de verantwoordelijkheden van bevoegde autoriteiten ingevolge deze verordening zorgt het college voor:
- a)
de opstelling van het in artikel 19 bedoelde advies;
- b)
de uitwisseling van informatie, waaronder verzoeken om informatie uit hoofde van artikel 84;
- c)
overeenstemming betreffende de vrijwillige toevertrouwing van taken onder haar leden;
- d)
de coördinatie van toezichtinspectieprogramma's op basis van een risicobeoordeling van de CTP, en
- e)
de bepaling van procedures en calamiteitenplannen om noodsituaties aan te pakken, zoals bedoeld in artikel 24.
Teneinde de uitoefening van de op grond van de eerste alinea aan colleges toegewezen taken te faciliteren, krijgen de in lid 2 bedoelde leden van het college het recht om bij te dragen aan de opstelling van de agenda van de vergaderingen van het college, met name door punten aan de agenda van een vergadering toe te voegen.
5.
De oprichting en de werking van het college zijn gebaseerd op een schriftelijke overeenkomst tussen alle leden ervan.
In die overeenkomst worden de praktische regelingen voor het functioneren van het college vastgelegd, waaronder gedetailleerde regels betreffende:
- i)
de in artikel 19, lid 3, bedoelde stemprocedures;
- ii)
de procedures voor de opstelling van de agenda van vergaderingen van het college;
- iii)
de frequentie van de vergaderingen van het college;
- iv)
de vorm en reikwijdte van de informatie die de voor de CTP bevoegde autoriteit aan de leden van het college moet verstrekken, met name in verband met de overeenkomstig artikel 21, lid 4, te verstrekken informatie;
- v)
de passende minimumtermijnen voor het beoordelen van de relevante documentatie door de leden van het college;
- vi)
de middelen voor communicatie tussen de leden van het college.
In de overeenkomst kan tevens worden bepaald dat sommige taken aan de voor de CTP bevoegde autoriteit of een ander lid van het college worden toevertrouwd.
6.
Om de consistente en samenhangende werking van colleges in de Unie te garanderen, stelt ESMA, in samenwerking met het ESCB, ontwerpen van technische reguleringsnormen op tot nadere bepaling van de voorwaarden waaronder de in punt h) van lid 2 bedoelde EU-valuta’s als de meest relevante moeten worden beschouwd, alsmede van de gegevens omtrent de in lid 5 bedoelde praktische regelingen.
ESMA dient die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 2 januari 2021 bij de Commissie in.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
Voetnoten
Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (PB L 287 van 29.10.2013, blz. 63).