Bevrijdende verweren
Einde inhoudsopgave
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/380:380 Ambtshalve bevoegdheid een (materiële) rechtsregel toe te passen
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/380
380 Ambtshalve bevoegdheid een (materiële) rechtsregel toe te passen
Documentgegevens:
H.W.B. thoe Schwartzenberg, datum 27-01-2023
- Datum
27-01-2023
- Auteur
H.W.B. thoe Schwartzenberg
- JCDI
JCDI:ADS691926:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Procesrechtelijke bevoegdheden past de rechter voortdurend toe; deze bevoegdheden worden hier niet besproken. Het kan bijv. gaan om de eisen van hoor en wederhoor en recht doen binnen redelijke termijn (art. 19 Rv resp. 20 Rv). Verder kan de rechter ambtshalve een getuigenverhoor (art. 166 lid 1 laatste volzin Rv) of een deskundigenbericht (art. 194 Rv) bevelen.
De rechter zal in zekere mate afhankelijk zijn van onderbouwing voor een grond voor matiging door de partij die de schadevergoeding verschuldigd is.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De rechter heeft naast procesrechtelijke bevoegdheden1 verschillende materieelrechtelijke bevoegdheden. Zo heeft de rechter ambtshalve een matigingsbevoegdheid ingeval van een wettelijke verplichting tot schadevergoeding (art. 6:109 BW)2 en ingeval van bedongen bedragen ter vergoeding van proceskosten (art. 242 lid 1 Rv).3