NJB 2020/2307:Sint Maarten. Timeshare-overeenkomsten. Koop breekt geen huur. Bij een resort op Sint Maarten worden timeshare-overeenkomsten gesloten met duizenden timesharenemers (huurders). De timeshare-gever (verhuurder) is een andere vennootschap dan de rechthebbende op de erfpachts- en appartementsrechten op het resort. De erfpachts- en appartementsrechten worden executoriaal verkocht. De verkrijger acht zich niet gehouden de timeshare-nemers toegang te verschaffen tot de appartementen. Hoge Raad: De rechten en verplichtingen van de verhuurder gaan niet op grond van art. 7:226 BWSM over op de verkrijger wanneer het niet de (schuldeiser van de) verhuurder is die de (zelfstandige rechten op de) verhuurde zaak overdraagt. De verkrijger kan ook op een andere grond gehouden zijn om de verhuurdersverplichtingen uit de huurovereenkomst na te komen. Daarvoor is vereist dat sprake is van bijzondere omstandigheden. Niet kan worden uitgesloten dat de verkrijger gehouden is zich te onthouden van een uitoefening van zijn recht waardoor het door de eerdere zakelijk gerechtigde toegestane contractuele gebruik door de timeshare-nemers zou worden belemmerd.