Einde inhoudsopgave
Wet financiering sociale verzekeringen
Artikel 115 Uitgaven Arbeidsongeschiktheidsfonds
Geldend
Geldend vanaf 02-08-2022
- Bronpublicatie:
13-10-2021, Stb. 2021, 592 (uitgifte: 07-12-2021, kamerstukken: 35613)
- Inwerkingtreding
02-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-11-2021, Stb. 2021, 595 (uitgifte: 07-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Premieheffing / Algemeen
Premieheffing / Verzekeringsplicht
1.
Ten laste van het Arbeidsongeschiktheidsfonds komen, met inachtneming van de artikelen 56, 100, 108 en 117b en artikel 5:3 van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten:
- a.
de door het UWV op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering te betalen uitkeringen;
- b.
de door het UWV op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen te betalen uitkeringen;
- c.
de op grond van artikel 3:1a, hoofdstuk 3, afdeling 2, of de artikelen 4:2b en 6:3 van de Wet arbeid en zorg te betalen vergoedingen en uitkeringen;
- d.
de door het UWV op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen te betalen uitkeringen;
- e.
de op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel e, f en g, en artikel 70 van de Ziektewet te betalen uitkeringen en de uitkeringen op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel a, b en c, toegekend aan een werknemer direct aansluitend op een dienstbetrekking waarin recht op een uitkering op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel e, f of g, bestond en de op grond van de Ziektewet te betalen uitkeringen aan de verzekerde die de leeftijd, bedoeld in artikel 7, onderdeel a, van de Algemene Ouderdomswet heeft bereikt;
- f.
de op grond van enige wet over de uitkeringen, bedoeld in de onderdelen a tot en met e, door het UWV verschuldigde premies en de inkomensafhankelijke bijdrage, bedoeld in artikel 42 van de Zorgverzekeringswet, die niet op deze uitkeringen in mindering kunnen worden gebracht;
- g.
de gelden die door toepassing van artikel 118, onderdeel a, worden overgeheveld naar de Werkhervattingskas;
- h.
de gelden die door toepassing van artikel 118, onderdeel b, worden overgeheveld naar het Rijk;
- i.
vervallen;
- j.
de re-integratieinstrumenten op grond van hoofdstuk IIB van de Wet op arbeidsongeschiktheidsverzekering, hoofdstuk 3A van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen en paragraaf 4.2 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.
- k.
de door het UWV op grond van artikel 673e van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek te betalen bedragen;
- l.
de uitvoeringskosten, voor zover deze betrekking hebben op de bedragen, bedoeld in onderdeel k;
- m.
de kosten die verband houden met de uitvoering van artikel 30a van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
- n.
de subsidie, bedoeld in artikel 32b van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
- o.
hetgeen op grond van artikel 84, tweede lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen op het UWV wordt verhaald;
- p.
vervallen;
- q.
vergoedingen aan gemeenten die worden overeengekomen ter uitvoering van artikel 30a, derde lid, onderdeel a, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen voor zover betrekking hebbend op de uitvoering van een wettelijke arbeidsongeschiktheidsverzekering;
- r.
de uitvoeringskosten die betrekking hebben op de uitkeringen, bedoeld in de onderdelen a tot en met e en de uitkeringen, bedoeld in artikel 117b, eerste lid, onderdeel a;
- s.
de kosten van de werkzaamheden, bedoeld in artikel 63a, vierde, vijfde en zesde lid, van de Ziektewet alsmede de schade, bedoeld in het zevende lid van dat artikel, die wordt vergoed aan een eigenrisicodrager als bedoeld in artikel 40, eerste lid, onderdeel a, en de daaraan verbonden uitvoeringskosten;
- t.
de kosten van onderzoek, bedoeld in artikel 32, eerste, tweede, derde en vierde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
- u.
de uitkeringen op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel a, b, en c, van de Ziektewet, die op grond van artikel 63a, derde lid, van die wet door het UWV worden betaald en niet kunnen worden verhaald op de eigenrisicodrager, bedoeld in artikel 40, eerste lid, onderdeel a, en de daaraan verbonden uitvoeringskosten;
- v.
vervallen;
- w.
de uitkeringen op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel a, b, of c van de Ziektewet, bedoeld in artikel 117b, derde lid, onderdeel j.
2.
Het UWV bezigt de middelen die zijn gereserveerd ten behoeve van het Arbeidsongeschiktheidsfonds niet tot bestrijding van uitgaven ten laste van het Arbeidsongeschiktheidsfonds dan met toestemming van Onze Minister.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald, dat tevens ten laste van het Arbeidsongeschiktheidsfonds komen:
- a.
de uitkeringen op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel a, b en c, van de Ziektewet toegekend aan werknemers, die op de eerste dag van ongeschiktheid tot werken in dienstbetrekking stonden van eigenrisicodragers als bedoeld in artikel 40, eerste lid, onderdeel a, voor zover de eigenrisicodrager op grond van artikel 63b, eerste lid, van de Ziektewet niet het risico draagt voor de betaling van die uitkering;
- b.
uitkeringen als bedoeld in artikel 122f.
4.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels gesteld voor de uitkeringen, die op grond van het derde lid, ten laste van het Arbeidsongeschiktheidsfond komen.