Einde inhoudsopgave
Wet op de naburige rechten
Artikel 15d [Tijdstip opgave]
Geldend
Geldend vanaf 29-12-1995
- Bronpublicatie:
21-12-1995, Stb. 1995, 653 (uitgifte: 28-12-1995, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23247 Overheid.nl: 23247)
- Inwerkingtreding
29-12-1995
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-1995, Stb. 1995, 653 (uitgifte: 28-12-1995, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23247Overheid.nl: 23247)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Algemeen
Intellectuele-eigendomsrecht / Naburige rechten
Degene die tot betaling van de in de artikelen 2, derde lid, 6, derde lid, 7a, derde lid, en 8, derde lid, bedoelde vergoeding verplicht is, is gehouden, voor zover geen ander tijdstip is overeengekomen, vóór 1 april van ieder kalenderjaar aan de in artikel 15a, eerste lid, bedoelde rechtspersoon opgave te doen van het aantal rechtshandelingen, bedoeld in eerstgenoemde artikelen. Hij is voorts gehouden desgevraagd aan deze rechtspersoon onverwijld de bescheiden of andere informatiedragers ter inzage te geven, waarvan kennisneming noodzakelijk is voor de vaststelling van de verschuldigdheid en de hoogte van de vergoeding.