Einde inhoudsopgave
Vissersvaartuigenbesluit 2002
Artikel 9.11 Radiowachten
Geldend
Geldend vanaf 20-02-2002
- Bronpublicatie:
11-01-2002, Stb. 2002, 60 (uitgifte: 19-02-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-02-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-01-2002, Stb. 2002, 60 (uitgifte: 19-02-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Buitengaats wordt een permanente wacht gehouden:
- a.
op VHF-DSC-kanaal 70 indien het vaartuig, overeenkomstig artikel 9.6, onder b, is uitgerust met een VHF-radio-installatie;
- b.
op de DSC-nood- en veiligheidsfrequentie van 2187,5 kHz indien het vaartuig, overeenkomstig artikel 9.8, eerste lid, onder b, of artikel 9.9, eerste lid, onder c, is uitgerust met een MF-radio-installatie;
- c.
op de DSC-nood- en veiligheidsfrequenties van 2187,5 kHz en 8414,5 kHz, alsmede op ten minste een van de DSC nood- en veiligheidsfrequenties van 4207,5 kHz, 6312 kHz, 12 577 kHz of 16 804,5 kHz, afhankelijk van het tijdstip en de geografische positie van het vaartuig, indien het vaartuig overeenkomstig artikel 9.9, tweede lid, onder b, of artikel 9.10, eerste lid, is uitgerust met een MF/HF-radio-installatie. Deze wacht kan worden gehouden door middel van een scannende ontvanger;
- d.
voor satelliet wal-vaartuig noodberichten, indien het vaartuig, overeenkomstig artikel 9, eerste lid, onder a, is uitgerust met een INMARSAT-scheepssatellietstation.
2.
Buitengaats wordt een radiowacht gehouden op de frequenties waarop die informatie wordt uitgezonden in het zeegebied waar het schip zich bevindt, om de voor het vaartuig van belang zijnde uitzendingen van maritieme veiligheidsinformatie te kunnen ontvangen.