Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 1428
Onrechtmatige daad wegens bewust profiteren van andermans wanprestatie?; maatstaf; bijkomende omstandigheid. Stelplicht; slagende motiveringsklacht.
HR 04-12-2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ8333
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 december 2009
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A. Hammerstein, J.C. van Oven, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/00993
- Conclusie
A-G Wuisman
- LJN
BJ8333
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BJ8333, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑12‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BJ8333, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑09‑2009
Essentie
Onrechtmatige daad wegens bewust profiteren van andermans wanprestatie?; maatstaf; bijkomende omstandigheid. Stelplicht; slagende motiveringsklacht.
Onbegrijpelijk oordeel van het hof dat eiseres haar stelling dat in casu sprake is van een bijzondere omstandigheid die het profiteren door thans verweerster in cassatie van de wanprestatie van de contractpartij van eiseres onrechtmatig maakt, niet voldoende door feiten en omstandigheden heeft onderbouwd en dat eiseres daarom niet tot bewijslevering wordt toegelaten.
Partij(en)
De Staat der Nederlanden (Ministerie van Verkeer en Waterstaat), te 's‑Gravenhage, eiser tot cassatie, verweerder in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep, adv.: mrs. M.W. Scheltema en F.M. Ruitenbeek-Bart,
tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.